Updates

Aandelen Nederland

Ahold Delhaize

Advies
kopen
Aandelen Internationaal

Walt Disney

Advies
kopen
Aandelen Internationaal

AB Inbev

Advies
houden
Aandelen Nederland

Heijmans

Advies
kopen
Aandelen Nederland

Kendrion

Advies
kopen
Aandelen Internationaal

Pfizer

Advies
houden
Aandelen Nederland

Aperam

Advies
kopen
Aandelen Nederland

TKH

Advies
kopen
Aandelen Internationaal

Apple

Advies
verkopen
Aandelen Internationaal

Linde

Advies
houden
Aandelen Nederland

Vopak

Advies
kopen
Aandelen Nederland

Arcadis

Advies
kopen
Aandelen Internationaal

Nestlé

Advies
kopen
Aandelen Internationaal

Alphabet

Advies
houden
Aandelen Nederland

Heineken

Advies
houden
Aandelen Internationaal

Home Depot

Advies
houden
Aandelen Internationaal

Microsoft

Advies
verkopen
Aandelen Nederland

Philips

Advies
houden
Aandelen Nederland

Unilever

Advies
kopen

Inleiding in rentecurves: wat zijn het en welke invloed hebben ze op uw beleggingen?

advertorial

De rentecurve is een grafiek die voor alle looptijden de rente van een land weergeeft – van de door de centrale bank vastgestelde korte rente tot rentes op langlopende, beursgenoteerde staatsobligaties. De rentecurve wordt algemeen beschouwd als een betrouwbare voorspellende indicator van de economie. In dit artikel leggen we uit waarom de rentecurve volgens ons een goede indicator is en hoe we tegenwoordig rentecurves interpreteren.

Uit ervaring weten we dat de meeste beleggers denken dat een rentecurve met een positieve helling – wanneer de lange rente hoger is dan de korte – over het algemeen gunstig is voor aandelen. Een omgekeerde rentecurve – wanneer de korte rente hoger is dan de lange – wordt door de meeste beleggers daarentegen als nadelig beschouwd. In het verleden hebben dergelijke situaties zich voorgedaan in de aanloop naar een recessie.[i] Uit wetenschappelijk onderzoek van o.a. Milton Friedman en Wesley C. Mitchell, en vele anderen, blijkt dat er al ruim een eeuw lang een duidelijke correlatie bestaat tussen de rentecurve en de economische groei.

De rentecurve is belangrijk omdat die van invloed is op de winstgevendheid van banken – en de kredietverlening

Naar onze mening is het voorspellend vermogen van rentecurves op economisch gebied niet op louter toeval gebaseerd. We denken dat het werkt omdat de rentecurve aangeeft wat banken kunnen verdienen aan nieuwe kredieten, en dus ook in hoeverre ze bereid zijn leningen te verstrekken. In Europa en de andere ontwikkelde landen is de groei van de geldhoeveelheid vooral afkomstig van kredietverlening. En een stijgende geldhoeveelheid fungeert als brandstof voor de economie. Banken financieren nieuwe kredieten in de regel met deposito’s van klanten of leningen van andere banken. De rente die ze daarvoor betalen is over het algemeen gekoppeld aan de korte rente, meestal de daggeld- of driemaandsrente. De korte rente is dan ook vaak een indicatie van de kredietkosten van een bank.

Banken verstrekken in de regel kredieten voor een langere periode tegen een hogere rente, die meestal gebaseerd is op de lange rente. Anders gezegd brengen banken hun klanten een rente in rekening die iets hoger is dan de op dat moment geldende rente op staatsobligaties, waarbij de leenkosten variëren naar gelang de kredietwaardigheid van de klant. Het verschil tussen de lange en de korte rente wordt de rentespread genoemd – een indicator van de potentiële winst van een bank op de eerstvolgende te verstrekken lening, onder bankiers ook wel de “netto-rentemarge” genoemd.

Kredietverlening draagt bij aan de economische groei

Naar onze mening is de winstgevendheid van bancaire kredieten van belang omdat die de kredietverlening en de economische bedrijvigheid stimuleert. Hoe steiler de rentecurve – oftewel hoe meer de lange rente de korte overstijgt – hoe groter de potentiële winst op nieuwe leningen en hoe groter de prikkel om de kredietverlening uit te breiden. Natuurlijk zijn er voor banken risico’s verbonden aan het uitbreiden van de kredietverlening. Het is mogelijk dat een kredietnemer te laat betaalt. Of zelfs helemaal niet, en dus wanbetaler wordt.

In het algemeen nemen banken (net als beleggers) alleen maar extra risico als daar een passende beloning tegenover staat. Als de potentiële winst hoog is, hebben banken een sterkere prikkel om kredietaanvragen te accepteren die ze zouden hebben afgewezen als de potentiële winst lager was geweest. Hierdoor wordt de kredietverlening uitgebreid naar gebieden van de economie die bij een plattere rentecurve wellicht zouden worden vermeden, wat kan resulteren in een bredere groei. Een toename van de kredietverlening kan op zijn beurt weer een impuls geven aan de economische activiteiten – uitgaven en investeringen – van huishoudens en bedrijven, hetgeen een positieve impact op de groei heeft. De rentecurve is dus, naar onze mening, niet zomaar een voorspellende indicator van de toestand van de economie, maar een aanjager ervan.

Een omgekeerde rentecurve heeft meestal een ontmoedigend effect op de kredietverlening

De gunstige gevolgen van een rentecurve met een positieve helling slaan meestal om bij een omgekeerde rentecurve, doordat kredietverlening in dat geval verliesgevend kan worden. Als de rentecurve langdurig en in sterke mate een omgekeerd patroon laat zien, kan er een recessie ontstaan doordat de kredietverlening opdroogt. Maar een omgekeerde rentecurve is naar onze mening op zichzelf geen hulpmiddel om de markt te timen of zelfs maar een voorbode van een recessie. Dat komt doordat het rentetarief van bancaire kredieten meestal niet exact overeenkomt met de overheidsrente – banken brengen in de regel een iets hogere rente in rekening. Hun reële netto-rentemarge neemt bij een omgekeerde rentecurve wel iets af, maar is meestal niet meteen gelijk aan nul. Een selectiever kredietbeleid zou de kredietgroei kunnen doen afnemen, maar zou deze niet noodzakelijkerwijs tot stilstand brengen.

Bovendien is de wereldwijde rentecurve volgens ons een relevantere indicator van de totale bancaire kredietverlening – en de groeivooruitzichten van de wereldeconomie – dan de rentecurve van welk land dan ook. Het bancaire systeem van de ontwikkelde landen wordt gedomineerd door grote multinationale banken die op internationaal niveau – daar waar de voorwaarden het gunstigst zijn – geld kunnen aantrekken, het valutarisico kunnen afdekken (met behulp van zogeheten derivaten en andere instrumenten waarmee ze zich kunnen verzekeren tegen fluctuaties in wisselkoersen) en krediet kunnen verlenen in landen waar dit winstgevend is. Op dit moment zou dat kunnen betekenen dat ze tegen een rente van bijna 0% geld aantrekken in de eurozone, Zweden of Japan, en tegen een hogere rente krediet verlenen in het Verenigd Koninkrijk, de VS of zelfs Zuid-Europa. Dit verklaart volgens ons in belangrijke mate waarom de kortstondige omkering van de Amerikaanse rentecurve van eind maart geen verlammend effect had op de wereldwijde markten.[ii]

De wereldwijde rentecurve heeft nog steeds een positieve helling

Figuur 1 geeft een samengestelde rentecurve van de ontwikkelde markten weer, gewogen naar het bruto binnenlands product (bbp, een overheidsschatting van de nationale economische output), die naar onze mening een beter beeld geeft van de potentiële winstgevendheid van bancaire kredieten. In april vertoonde de rentecurve van de ontwikkelde landen een positieve helling, waardoor de kredietgroei naar onze mening zou moeten blijven stijgen. In de eurozone is de kredietverlening, dankzij de blijkbaar gunstige financiële voorwaarden, dit jaar gestegen, resulterend in een algemene toename van de geldhoeveelheid. Dit wijst erop dat de kredietverlening voldoet aan de vraag, wat volgens ons gunstig is voor de economische groei in de toekomst.[iii]

Figuur 1: Wereldwijde rentecurve ontwikkelde markten, gewogen naar bbp

Bron: FactSet, per 8/4/2019. Gewogen gemiddelde van de rente in Australië, Oostenrijk, België, Canada, Denemarken, Finland, Frankrijk, Duitsland, Hongkong, Ierland, Israël, Italië, Japan, Nederland, Nieuw-Zeeland, Noorwegen, Portugal, Singapore, Spanje, Zweden, Zwitserland, het VK en de VS, waarbij de weging van elk land op basis van het bbp in 2017 is bepaald.

Fisher Investments Nederland is het Nederlandse bijkantoor van Fisher Investments Europe Limited. Fisher Investments Nederland is ingeschreven bij de Nederlandse Kamer van Koophandel onder nummer 57731446. Als Nederlands bijkantoor van Fisher Investments Europe Limited staat Fisher Investments Nederland onder toezicht van de Britse toezichthouder FCA en, op basis van kennisgeving, van de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Fisher Investments Europe Limited is geautoriseerd en gereguleerd door de Britse toezichthouder Financial Conduct Authority (FCA-nummer 191609). Het is geregistreerd in Engeland (ondernemingsnummer 3850593). Fisher Investments Europe Limited heeft als maatschappelijke zetel: 2nd Floor, 6-10 Whitfield Street, London, W1T 2RE, Verenigd Koninkrijk.

Fisher Investments Europe Limited besteedt het portefeuillebeheer uit aan zijn moedermaatschappij, Fisher Asset Management, LLC, dat opereert onder de naam Fisher Investments, gevestigd is in de VS en onder toezicht van de Amerikaanse Securities and Exchange Commission staat. Beleggen op de beurs brengt het risico van verlies met zich mee en er is geen garantie dat het belegde kapitaal geheel of gedeeltelijk terugbetaald zal worden. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie of betrouwbare indicatie van toekomstig rendement. De waarde en opbrengst van de beleggingen volgen de schommelingen van de wereldwijde aandelenmarkten en van de internationale wisselkoersen.

[i] “Economic Forecasts with the Yield Curve,” Michael D. Bauer en Thomas M. Mertens, Federal Reserve Bank of San Francisco, 5/3/2018.

[ii] Bron: Federal Reserve Bank of St. Louis, per 11/4/2019. De omgekeerde rentecurve van de 10-jaarsrente minus de 3-maandsrente op Amerikaans schatkistpapier, 22/3/2019 – 28/3/2019.

[iii] Bron: ECB, per 28/3/2019. Monetary Developments in the Euro Area, februari 2019.