Japan | Waarom smallcaps hier nu meer bieden dan bluechips
De Japanse beursindices Nikkei 225 en Topix zijn dit jaar met ruim 20% gestegen. Mogelijk wordt de Prime 150 over enkele jaren in één adem met dit tweetal genoemd. De index die maandag werd gelanceerd, wordt gevormd door de grootste en bekendste beursgenoteerde bedrijven uit het land. Voorbeelden van dergelijke bedrijven zijn Nintendo, Sony, Hitachi, Toyota en Nissan.
De introductie van de Prime 150 is een nieuw voorbeeld van de wijze waarop Japan Exchange Group de aandelenmarkt aantrekkelijker maakt voor met name buitenlandse beleggers.
Omgaan met bedrijfskapitaal
Eerder dit jaar riep het beursplatform ondernemingen al op om slimmer met bedrijfskapitaal om te springen. Die oproep was met name gericht aan bedrijven waarvan de beurswaarde lager ligt dan de boekwaarde. De boekwaarde is het bedrag waarvoor alle bezittingen van een bedrijf – zoals fabrieken, voorwaarden en de kaspositie – op de balans staan.
In het verleden was het niet ongebruikelijk dat een onderneming op de beurs minder waard was dan de bezittingen. De strategie van de legendarische waardebelegger Benjamin Graham was bijvoorbeeld al ingestoken op het kopen van sterk ondergewaardeerde maar toch goed lopende bedrijven, om vervolgens geduldig te wachten tot de beurskoers een betere weerspiegeling was van de werkelijke waarde.
In de westerse wereld is het tegenwoordig echter heel lastig om dit soort ondernemingen te vinden. De gemiddelde verhouding tussen beurs- en boekwaarde van de MSCI World Index ligt bijvoorbeeld op 2,82. Dat beeld is in Japan echter behoorlijk anders. Volgens het Britse fondsenhuis Schroders wordt maar liefst 53,2% van alle aandelen in de Topix verhandeld voor minder dan de boekwaarde.
Verandering
Als het aan de Japan Exchange Group ligt, komt daar dus snel verandering in. Het beursplatform riep bedrijven op om meer te investeren in onderzoek en ontwikkeling, de bouw van nieuwe productiefaciliteiten of om meer geld te delen met de aandeelhouders.
Voor dat laatste is vaak meer dan genoeg ruimte. Meer dan de helft van de ondernemingen op de Japanse beurs heeft meer kasgeld dan schulden. Zowel in Europa als in de Verenigde Staten is dat bij minder dan 20% van de ondernemingen het geval.
De koersreactie als een bedrijf dergelijke maatregelen aankondigt, liegt er bovendien niet om. Horlogefabrikant Citizen Watch Co zag de koers bijvoorbeeld binnen een maand met ruim 30% opveren, nadat de onderneming plannen had ontvouwd om 25,6% van de eigen aandelen in te kopen.
Nog meer koopredenen
Er zijn overigens meer redenen om Japanse aandelen een wat grotere plaats in de portefeuille te geven. De waardering is bijvoorbeeld aantrekkelijk. Dat geldt niet alleen voor de verhouding tussen koers en boekwaarde, maar ook voor de winst. Japanse aandelen worden verhandeld voor net iets minder dan 14 maal de verwachte winst. Voor de MSCI World Index is dat 16,2.
Daar komt bij dat Japan pas laat de covid-maatregelen heeft opgeschort, zodat het bedrijfsleven nu de wind in de rug heeft van de economische inhaalslag. Het zijn overigens vooral de kleinere, lokale ondernemingen die hiervan profiteren. In dit marktsegment zijn bovendien relatief heel veel bedrijven te vinden met een lage boekwaarde.
Beleggers die het valutarisico voor lief nemen, doen er dan ook verstandig aan om verder te kijken dan de grote exportbedrijven en eens te kijken welke Japanse smallcap-aandelen er in het schap liggen bij de eigen bank of broker (of bij een beleggingsfonds).