Stemgedrag op AVA’s verdient meer aandacht
Aandeelhoudersvergaderingen (AVA’s) zijn bij uitstek de plaats waar beleggers zich kunnen laten horen. Dat wordt door activistische beleggers steeds vaker letterlijk genomen. Zo legden fluitende demonstranten van Extinction Rebellion maandag de vergadering van ING tijdelijk stil. Bij energiebedrijven zoals Shell is dit soort verstoringen bijna uitgegroeid tot een traditie. De primeur van dit AVA-seizoen is dat ‘de grote drie’ dit jaar de eindbelegger op grote schaal laten meestemmen. De grote drie zijn ETF-huizen BlackRock, State Street en Vanguard. De indexproducten van deze partijen doen niets anders dan het tegen zo laag mogelijke kosten volgen van beursindices.
Gezamenlijke belang
De grote drie hebben ruim driekwart van de Amerikaanse ETF-markt in handen. Het gevolg is dat het gezamenlijke belang in de meeste S&P500-bedrijven op meer dan 20% uitkomt. Op AVA’s van Amerikaanse ondernemingen is het trio gebruikelijk goed voor een kwart van alle uitgebrachte stemmen. De afgelopen jaren is het stembeleid van de ETF-huizen onder een vergrootglas komen te liggen. Aanvankelijk was de kritiek daarop dat er te weinig rekening werd gehouden met duurzame factoren. In 2016 steunden BlackRock en Vanguard bijvoorbeeld geen enkel aandeelhoudersvoorstel met betrekking tot klimaatverandering of de verbetering van diversiteit in het bedrijfsmanagement.
Invloed aanwenden
Vijf jaar later sloeg dat beeld behoorlijk om. Dankzij de steun van de grote drie bemachtigde activistische belegger Engine No.1 in 2021 maar liefst drie zetels in de Raad van Commissarissen bij oliereus ExxonMobil. Dat bracht een tegenbeweging op gang. De Republikeinse Partij benadrukte dat het niet de rol is van ETF-huizen om hun grote invloed aan te wenden om hun eigen (klimaat)agenda na te streven. Enkele senatoren hebben zelfs al een wetsvoorstel voorbereid dat de grote drie verplicht om bij het stemmen op AVA’s als doorgeefluik te fungeren voor beleggers in indexproducten. Het zou een enorme (en dure!) papierwinkel worden als deze partijen gedwongen worden om de meningen van tientallen miljoenen beleggers te peilen over honderden relevante stemvoorstellen.
Hoewel het twijfelachtig is of een dergelijk regelpakket er ooit komt, sorteren de grote drie al voor op een tussenvariant. Houders van steeds meer ETF’s krijgen meer invloed op het stembeleid. Bij BlackRock hebben beleggers de keuze uit zes smaken, variërend van maatschappelijk verantwoord of klimaatgericht, tot volledig in lijn met het bedrijfsbestuur. In het huidige AVA-seizoen is de stemkeuze beschikbaar voor meer dan de helft van de $5,2 bln aan het beheerde aandelenvermogen van BlackRock. Bij State Street is dat zelfs al meer dan 80%.
Proof is in the Proxy
Het lijkt een kwestie van tijd voordat dit soort initiatieven ook in Europa van de grond komt. In de tussentijd is het om een andere reden heel interessant om het AVA-seizoen te vormen. Uit de door Harvard gepubliceerde studie The Proof is in the Proxy komt naar voren dat het stemgedrag van aandeelhouders een voorspellende waarde kan hebben. Uit een analyse van 266.000 voorstellen op 34.000 vergaderingen komt naar voren dat het vijfjarige rendement van aandelen hoger ligt naarmate meer voorstellen van het bestuur de steun krijgen van aandeelhouders. Als alle bestuursvoorstellen groen licht krijgen, komt het gemiddelde rendement uit op 11,5%. Dat daalt tot 10,2% wanneer een voorstel wordt weggestemd. En als er drie of meer voorstellen sneuvelen, is dat rendement nog maar 6,6%.