Anne Marden: ‘Gezondheidszorg is meer dan farma en biotech’
‘Vroeger was alles beter’ is een cliché dat zeker niet op gaat voor de gezondheidszorg. Zowel op het gebied van geneesmiddelen als medische technologie wordt enorme voortuitgang geboekt. Daar profiteren niet alleen patiënten van, maar ook beleggers. Anne Marden zoekt als beheerder van het JPMorgan Funds – Global Healthcare Fund al sinds 2009 naar kansrijke beleggingen in de sector Gezondheidszorg. Die sector bestaat, zoals zij tijdens ons interview meerdere malen zal benadrukken, uit meer dan alleen farmacie en biotechnologie.
De grote farmaceuten hebben de winst de afgelopen jaren goed op peil gehouden. Maar van substantiële omzetgroei was nauwelijks sprake. Blijft dat zo?
‘Een aantal grote farmaceuten heeft de winstgevendheid de afgelopen jaren vooral op een hoog niveau gehouden via prijsverhogingen en een uitgekiende strategie van markttoegang. AbbVie is daar een goed voorbeeld van. Het belangrijkste medicijn van AbbVie is Humira, een middel tegen reumatische artritis en andere auto-immuun ziekten. Er is concurrentie voor Humira, bijvoorbeeld van het goed vergelijkbare middel Cimzia van het Belgische UCB. Toch heeft Cimzia maar een heel klein marktaandeel in de VS. Dat komt niet alleen omdat Humira eerder op de markt was, maar ook omdat AbbVie distributie-overeenkomsten heeft gesloten met zogeheten Pharmacy Benefit Managers, PBM’s. Dat zijn partijen die onder meer namens verzekeraars en bedrijven medicijnen inkopen bij farmaceuten. In die distributie-overeenkomsten heeft AbbVie kortingen gegeven aan deze PBM’s in ruil voor marktaandeel. Daarmee is het lastiger voor Cimzia om marktaandeel te winnen.’
Is dit wel legaal?
‘Ja, dit was volkomen legaal. We zijn nu echter wel op een punt gekomen dat de autoriteiten in de VS dit soort distributie-overeenkomsten ter discussie stellen. Maar het Amerikaanse vergoedingssysteem voor medicijnen is erg complex en kan niet zo maar worden afgebroken.’
Terug naar het punt van de omzetgroei. Kan ‘big pharma’ die nog versnellen?
‘Zeker. Neem Eli Lilly, een aandeel dat wij in portefeuille hebben. Eli Lilly was een van die saaie grote farmaceuten die te afhankelijk waren van prijsverhogingen. Maar Eli Lilly zet nu meer in op innovatie. Een voorbeeld daarvan zijn de positieve klinische testresultaten van een innovatief middel tegen type-2 diabetes. Dit middel bevindt zich in de tweede klinische testfase, dus het duurt nog drie tot vijf jaar voordat het eventueel op de markt komt. Maar de testuitslag was zo goed dat de koers er opnieuw een impuls van kreeg. Ik verwacht niet dat dit soort grote farmaceuten 20% per jaar zullen groeien. Maar ik zie wel een houdbare, krachtige winstgroei op de langere termijn. Dat maakte deze aandelen aantrekkelijk.’
Immuno-oncologie is een grote doorbraak in de behandeling van kanker. Keytruda, een middel van Merck, wint steeds meer marktaandeel. Is de race in immuno-oncologie hiermee gelopen?
‘Keytruda doet het heel goed bij een aantal veel voorkomende soorten kanker. In deze segmenten heeft Merck een heel sterke positie opgebouwd. Merck spreekt zelf van een ‘muur van klinische data’ die zij aanleggen die hun marktleiderschap alleen maar zal versterken. Tegelijkertijd is de omzet van Opdivo, een concurrerend middel van Bristol-Myers Squibb, niet ingestort. Er is dus ruimte voor meerdere succesvolle immuno-oncologiemiddelen. Bovendien is nog niet duidelijk waarom sommige patiënten wel en andere niet goed reageren op behandeling met immuno-oncologiemiddelen en zijn nog niet alle vormen van kanker getest met dit soort middelen. Ik zie de huidige situatie dan ook niet als het einde van de ontwikkeling van de immuno-oncologiemarkt, maar als het einde van het begin van die ontwikkeling.’
Naast immuno-oncologie zijn ook gentherapie en ‘gen-editing’, of gen-modificatie, een grote doorbraak. Hoe ver zijn die ontwikkelingen?
‘Gen-editing, het op precieze plekken knippen en plakken van het dna, is nieuwer en meer risicovol. Ook zijn de patenten op deze technologie niet altijd even robuust. Op termijn kan gen-editing wel steeds belangrijker worden, het wordt immers ook al in de landbouw gebruikt. Gentherapie, waarbij een enkel gen via een virus in een menselijke cel wordt geplaatst, bestaat al langer. In plaats van het kopen van aandelen van een bedrijf dat één gentherapie in ontwikkeling heeft, beleggen wij liever in bedrijven die niet alleen zelf gentherapieën ontwikkelen maar die ook royalty-inkomen genereren op het door hun ontwikkelde virusplatform dat door andere gentherapie-bedrijven gebruikt wordt. Regenexbio is een voorbeeld van zo’n bedrijf dat wij in portefeuille hebben.’
Naast farma en biotech heeft ook medische technologie een flinke weging in de portefeuille.
‘Inderdaad, wij hebben bijvoorbeeld een positie in Dexcom dat glucosebewakingssystemen voor diabetes-patiënten aanbiedt. Momenteel worden deze systemen vooral gebruikt in diabetes type-1. Dit is een relatief kleine groep patiënten in vergelijking tot type-2 diabetes. Inmiddels werkt Dexcom ook aan een systeem voor het type-2 segment, een veel grotere markt. Gezondheidszorg is echt meer dan alleen farmacie en biotechnologie.’
Het fonds is erg gericht op de VS, Europa speelt een kleinere rol?
‘Innovatie in medische technologie en dienstverlening vindt nu eenmaal vooral plaats in de VS. Neem bijvoorbeeld Teladoc Health, een aandeel dat wij in portefeuille hebben. Teladoc biedt virtuele doktersdiensten via telefoon, app en videochatapp aan, waarmee bijvoorbeeld de druk op de eerste hulp in ziekenhuizen wordt verminderd. Nieuwe, ontwrichtende, technologieën zoals gentherapieën worden sneller opgestart én opgeschaald in de VS. Dat verklaart de ‘overweging’ van Amerikaanse aandelen in onze portefeuille.’
WIE IS > Anne Marden
2009 – heden | Beheerder JPMorgan Funds Global Healthcare Fund |
1986 – 2009 | Research analist, verantwoordelijk voor de sectoren Europese Farmacie en Healthcare |
Opleiding | BA degree in Economie, Princeton MBA degree, INSEAD |