Nabeurs: de kwartaalcijfers zijn niet om te huilen
Beursgenoteerde Amerikaanse bedrijven hebben een uitstekend derde kwartaal achter de rug. Eind oktober had ongeveer de helft van de ondernemingen de resultaten naar buiten gebracht. Volgens consultancyfirma Factset kwam de gemiddelde winstgroei van concerns uit de S&P500 Index op 22,5%. Dat is de op drie na snelste stijging in de afgelopen acht jaar. De winstgroei lag bovendien nog hoger dan de 19,3% waar analisten gemiddeld op hadden gerekend. Maar liefst 77% van de bedrijven bracht een winst naar buiten die hoger lag dan verwacht. Dat is zelfs meer dan het gemiddelde van 71% aan cijfermeevallers over de afgelopen vijf jaar. De financiële resultaten zijn dik in orde, maar op de aandelenmarkt was daar niets van te merken. In oktober is de S&P500 met 8% onderuit gegaan. Het is net alsof je thuis komt met een rapport met allemaal achten, en je ouders barsten in tranen uit.
Koerstik na goede cijfers
De kwartaalcijfers zijn uiteraard niet de voornaamste oorzaak van de beursmalaise van oktober. Onder meer oplopende geopolitieke spanningen en de onrust over de Italiaanse begroting spelen ook een rol. Om de metafoor door te trekken: het verdriet van je ouders kan ook een gevolg zijn van een burenruzie, terwijl ook meespeelt dat ze zich zorgen maken of de andere buren wel voldoende geld hebben om mee te betalen aan een gezamenlijke schutting. Toch is het opvallend hoe negatief de koersreactie is op cijferpublicaties. De beurskoers van bedrijven met tegenvallende resultaten daalde volgens Factset met 3,8%. Dat is beduidend meer dan de gemiddelde koersdaling van 2,5% over de afgelopen vijf jaar. In deze periode werden ondernemingen die meevallende cijfers naar buiten brachten, gemiddeld beloond met een koersstijging van 1,0%. De afgelopen weken leverde dat echter een daling van 1,5% op.
Schaduw over Wall Street
Het komt niet vaak voor dat in een cijferseizoen meevallende resultaten per saldo een koersdaling uitlokken. In de afgelopen zeven jaar gebeurde dat alleen in het tweede en vierde kwartaal van 2017. In het tweede kwartaal van dit jaar veerden aandelen na een goede cijferpublicatie nog met 1,2% op. Bij beleggen zijn de toekomstverwachtingen veel belangrijker dan wat een onderneming in het verleden gepresteerd heeft. Zou het negatieve sentiment dan een gevolg zijn van een pessimistische vooruitblik? Op het eerste gezicht lijkt het erop dat zorgen over de toekomst inderdaad een schaduw werpen over Wall Street. Van de bedrijven die vooruit blikten op het vierde kwartaal, stelde 63% de winstverwachting iets naar beneden toe bij. Factset-analist John Butters merkte echter op dat dit minder is dan het gemiddelde van 70% sinds 2013. In oktober hebben analisten hun prognose bovendien minder verlaagd dan gebruikelijk tijdens een cijfermaand.
Geen beloning voor meer risico
Als de koersdalingen niet worden uitgelokt door de resultaten of vooruitzichten zelf, is het sentiment van beleggers doorslaggevend. Hoofdstrateeg Binky Chadha dook wat dieper in de cijfertrends en trok enkele interessante conclusies. Aandelen van bedrijven met hoge marges en een aantrekkelijke waardering reageerden veel beter op cijferpublicaties dan glamouraandelen zoals de zogeheten FANG-aandelen: Facebook, Amazon, Netflix en Google-moederbedrijf Alphabet. Een hoge omzet- en winstgroei en een hoog rendement op geïnvesteerd vermogen worden niet beloond. Beleggers zijn kritisch op bedrijven die meer aandelen of obligaties uitgeven. Tenslotte krijgen aandelen met een hoge short-interest – waarbij veel partijen positie kiezen voor een koersdaling – er relatief zwaar van langs. Al deze signalen wijzen erop dat het nemen van risico door te beleggen in aandelen met een bovengemiddelde volatiliteit momenteel bepaald niet wordt beloond. Dat geldt overigens ook voor de lange termijn.
Stroomversnelling
De grote vraag is uiteraard hoe je als belegger moet omspringen met de omslag in sentiment. Dankzij de impuls van de belastingplannen van Trump is het wat voorbarig om de positie in aandelen af te bouwen. De Amerikaanse economie groeit dit jaar naar schatting met ruim 3%. Volgend jaar komt die groei naar schatting op 2,5% uit. Het kan echter geen kwaad om de balans te verleggen naar aandelen met een aantrekkelijke waardering, in plaats van geld te steken in bedrijven met ogenschijnlijk heel mooie vooruitzichten. De ervaring leert dat het veel pijn doet als die vooruitzichten bijgesteld moeten worden. Vanuit dit perspectief is het huidige cijferseizoen een nieuwe aanwijzing dat de verschuiving van groei naar waarde in een stroomversnelling komt.