Hoe bescherm ik mijn portefeuille tegen koersdalingen?
De eerste vraag die we ons stellen is of bescherming van de portefeuille wel altijd nodig is. In de gevallen waarin bescherming wel gewenst is, bepalen we dan vervolgens in welke mate dat moet gebeuren. En aansluitend gaan we in op de praktische vragen die daar dan bij komen kijken en welke mogelijkheden er zijn.
Stap 1
Is bescherming echt nodig?
Welke methode ook gekozen wordt, elke bescherming tegen koersdalingen kost geld. Een portefeuille afdekken scheelt dus in het uiteindelijke rendement.
Beleggen in aandelen is vooral geschikt voor de lange termijn. Koersdalingen worden over een langere periode altijd meer dan goed gemaakt door stijgingen, waardoor het rendement uiteindelijk toch positief is. Wie voor de lange termijn belegt, heeft volgens ons dan ook geen bescherming nodig. De risico’s in de portefeuille moeten natuurlijk wel bij de situatie van de belegger passen. Er zijn omstandigheden denkbaar waarin een beschermingsconstructie toch nuttig kan zijn. Op de eerste plaats: emotie. Een flinke koersdaling kan heftige sentimenten uitlokken, die verkeerde beslissingen tot gevolg kunnen hebben. Bij een forse koersdaling kan een belegger, gedreven door angst of paniek, besluiten om alles te verkopen. Om vervolgens het koersherstel (dat tot nu toe altijd is gekomen) deels of helemaal mis te lopen. Een beschermingsconstructie voorkomt dit soort contraproductief gedrag.
Een tweede functie van bescherming is voorkomen dat een belegger zoveel kwijt raakt dat hij of zij moet stoppen met beleggen. Wie stopt met beleggen, kan de verliezen sowieso niet meer goedmaken.
Stap 2
Hoeveel bescherming heb ik nodig?
Omdat volledige bescherming erg duur is raden we dit niet aan. Wie geen risico wil lopen, moet niet in aandelen beleggen. Gelukkig is bescherming geen zwart-wit keuze. Er kan ook gekozen worden voor gedeeltelijke bescherming. De dekking is dan niet optimaal, maar de prijs (en daarmee de invloed op het rendement) is ook minder hoog. Zoals gezegd denken we dat langetermijnbeleggers in beginsel zonder bescherming kunnen. Voor beleggers die het lastig vinden om onder alle omstandigheden rationeel te blijven, kan gedeeltelijke bescherming zinvol zijn als hiermee verkeerde beslissingen worden voorkomen. Het kan ook zijn dat beleggers bescherming zoeken vanwege fors gestegen koersen. Bedenk daarbij wel dat goed timen van de markt bijzonder lastig is. Op het gebied van bescherming is veel mogelijk. We bespreken een aantal mogelijkheden. Wat voor welke belegger geschikt is, hangt af van de persoonlijke situatie en voorkeuren. Daarbij is het vooral belangrijk om een afweging te maken tussen de mate van bescherming en de kosten.
Stap 3
Wat moet ik precies beschermen?
Het is in zijn algemeenheid niet verstandig om verschillende aandelen individueel af te dekken, bijvoorbeeld door puts te kopen voor elk individueel fonds. De kosten daarvan zijn hoog. Een veel goedkopere oplossing is bescherming kopen op een relevante index. Een portefeuille met Nederlandse aandelen bijvoorbeeld kan worden gecombineerd met bescherming op de AEX-index. Voor een portefeuille met Nederlandse en internationale aandelen kan een Europese index gekozen worden, bijvoorbeeld de Euro Stoxx 50. Het nadeel hiervan is dat de belegger dan niet beschermd is tegen bijvoorbeeld een faillissement. Maar het effect van een faillissement van één bedrijf op de portefeuille kan prima verkleind worden met een goede spreiding.
Stap 4
Welke mogelijkheden zijn er?
Er zijn verschillende instrumenten die gebruikt kunnen worden. Uiteindelijk gaat het erom ‘iets’ te kiezen dat in waarde stijgt als de aandelenkoersen dalen. Dat kunnen bijvoorbeeld putopties zijn. Maar die lopen op een zeker moment af. Als de puts dan geen waarde hebben, zijn de kosten voor niets geweest. Turbo’s, speeders (short) en vergelijkbare producten hebben als nadeel dat ze ‘uitgestopt’ kunnen raken als er in plaats van een daling een koersstijging is. Als koersen eerst stijgen en dan dalen kan er dus op zowel op de short-turbo als op de aandelenpositie verloren worden. Short gaan is niets anders dan het verkopen van aandelen. Dit is alleen een geschikte strategie als beleggers een sterke mening hebben over aandelen die goed zullen presteren (long) en aandelen die het slecht zullen doen (short). Dit is een lastig spel, dat we niet aanraden.
Tot slot kan een deel van de portefeuille worden gestoken in beleggingen waarvan aangenomen kan worden dat de waarde ervan zal stijgen als de aandelenkoersen in het algemeen dalen, of waarvan de prijzen dan gering dalen. Voorbeelden zijn goud en defensieve aandelen. Dit is een relatief goedkope manier van bescherming kopen. Althans, in theorie. Goud en defensieve aandelen kunnen ook forse koersdalingen laten zien. Dat is in het verleden meerdere malen gebleken.
Bekijk hier het Dossier Educatie
Wilt u nog sneller uw kennisniveau verbeteren? Schrijf u in voor de Beleggers Belangen Academy. Binnen de Academy delen de specialisten van Beleggers Belangen hun bewezen kennis over beleggen, omdat het nemen van de juiste beleggingsbeslissingen belangrijker is dan ooit.