AB InBev maakt werk van schuldpositie
Bierbrouwer AB InBev kent traditioneel een grote vrije kasstroom waarmee schulden in een hoog tempo kunnen worden afgelost. Na de acquisitie van SABMiller viel dat tegen. Door de aandelenkoersdaling stegen de beloningsverplichtingen en daarmee de schuldverplichtingen. In oktober 2018 maakte het bedrijf daarom bekend het beloofde dividend te korten.
Schuldoperatie
Op een nettoschuld van $109 mrd levert dat op jaarbasis ‘slechts’ $4 mrd op, zodat AB InBev naar meer wegen zoekt om de schuldenlast te verminderen. Inmiddels is een grootschalige schuldoperatie ingezet waarbij oude leningen worden afgelost met geld van nieuwe leningen ter waarde van maar liefst $16 mrd. Het bedrijf heeft een investment grade kredietstatus en haalde het geld vrij makkelijk binnen. Het voordeel van die operatie zit overigens niet zozeer in lagere schuld, maar in verlenging van de looptijd van de schuld. Dat geeft rust aan de beleggers, stabiliteit in de rentelasten door de vaste rentes en tijd voor AB InBev om aan echte schuldafbouw te beginnen.
Andere maatregelen
Om die schuldreductie te bereiken zou de brouwer overwegen de Aziatische activiteiten deels naar de beurs te brengen. Dat zet echter met naar schatting $5 mrd tot $10 mrd weinig zoden aan de dijk. Met het verhogen van de vrije kasstroom door een goed operationeel beleid kan het bedrijf grotere stappen maken. Dat houdt omzetstijging en kostendaling in. Zo kan volgens mij het bedrijf wat de nettoschuld betreft in ongeveer vier jaar weer op het oude niveau van 2 tot 3 keer het operationeel resultaat (ebitda) komen. Goede operationele resultaten stutten de aandelenkoers en maken daarmee de last van de genoemde beloningsverplichtingen ook kleiner. Dit is volgens mij een realistisch scenario, dat later ook weer acquisities mogelijk maakt. Ik handhaaf daarom bij de k/w van 18 het houdadvies, hoewel ik binnen de sector Heineken prefereer.