Inflatiecijfers bepalen valutakoersen

De richting van de belangrijkste valuta’s werd de afgelopen dagen bepaald door inflatiecijfers. De dollar steeg dinsdag bijvoorbeeld met bijna 0,5% ten opzichte van de euro nadat het Labor Departement bekend had gemaakt dat de inflatie met 0,3 procentpunt is toegenomen tot 1,5%, de snelste groei sinds 2014. Behalve een hogere olieprijs gaan achter de opleving onder meer een huurstijging van gemiddeld 3,7% en een toename van de medische kosten met 4,9% schuil. Daar staat tegenover dat de prijs van levensmiddelen en boodschappen met iets meer dan 2% is afgenomen. De Federal Reserve zou graag zien dat de inflatie in de buurt komt te liggen van de 2% alvorens de rente verder te verhogen. De Amerikaanse inflatiecijfers waren iets hoger dan verwacht, maar in het Verenigd Koninkrijk was de verrassing beduidend groter. De Britse inflatie liep op van 0,6% in augustus tot 1,0% in september volgens het Office for National Statistics (ONS). Maar hoewel een stijgende inflatie meestal een voorbode is van een renteverhoging, is het hoogst twijfelachtig dat de Bank of England (BOE) binnen afzienbare tijd de rente zal opschroeven. Op 4 augustus werd de Britse rente nog met een half procentpunt verlaagd tot het laagste niveau ooit, waarmee BOE-voorzitter Mark Carney anticipeerde op een recessie rond het jaareinde in de nasleep van de uitkomst van het Brexit-referendum. Valutahandelaren hadden dan ook moeite met het interpreteren van het inflatiecijfer. Aanvankelijk viel het Britse pond iets terug ten opzichte van de dollar en de euro, om een uur later fors op te veren. Mogelijk wordt die opleving veroorzaakt door de toelichting van het ONS dat de zwakte van het pond geen factor was bij de toename van de inflatie, maar waarschijnlijk speelde ook mee dat veel partijen (een deel van) hun shortposities sloten. Per saldo is het pond tussen maandag- en woensdagavond met bijna 2% opgelopen ten opzichte van de dollar. Deze voorzichtige ommekeer in het uitgesproken negatieve sentiment rond de Britse munt vormt aanleiding om de vorige week aangeraden positie GBP/USD voorlopig aan te houden.  

Lees ook: Industrie VS tendeert naar lichte groei

De richting van de belangrijkste valuta’s werd de afgelopen dagen bepaald door inflatiecijfers. De dollar steeg dinsdag bijvoorbeeld met bijna 0,5% ten opzichte van de euro nadat het Labor Departement bekend had gemaakt dat de inflatie met 0,3 procentpunt is toegenomen tot 1,5%, de snelste groei sinds 2014.

Behalve een hogere olieprijs gaan achter de opleving onder meer een huurstijging van gemiddeld 3,7% en een toename van de medische kosten met 4,9% schuil. Daar staat tegenover dat de prijs van levensmiddelen en boodschappen met iets meer dan 2% is afgenomen. De Federal Reserve zou graag zien dat de inflatie in de buurt komt te liggen van de 2% alvorens de rente verder te verhogen.

De Amerikaanse inflatiecijfers waren iets hoger dan verwacht, maar in het Verenigd Koninkrijk was de verrassing beduidend groter. De Britse inflatie liep op van 0,6% in augustus tot 1,0% in september volgens het Office for National Statistics (ONS). Maar hoewel een stijgende inflatie meestal een voorbode is van een renteverhoging, is het hoogst twijfelachtig dat de Bank of England (BOE) binnen afzienbare tijd de rente zal opschroeven. Op 4 augustus werd de Britse rente nog met een half procentpunt verlaagd tot het laagste niveau ooit, waarmee BOE-voorzitter Mark Carney anticipeerde op een recessie rond het jaareinde in de nasleep van de uitkomst van het Brexit-referendum.

Valutahandelaren hadden dan ook moeite met het interpreteren van het inflatiecijfer. Aanvankelijk viel het Britse pond iets terug ten opzichte van de dollar en de euro, om een uur later fors op te veren. Mogelijk wordt die opleving veroorzaakt door de toelichting van het ONS dat de zwakte van het pond geen factor was bij de toename van de inflatie, maar waarschijnlijk speelde ook mee dat veel partijen (een deel van) hun shortposities sloten. Per saldo is het pond tussen maandag- en woensdagavond met bijna 2% opgelopen ten opzichte van de dollar. Deze voorzichtige ommekeer in het uitgesproken negatieve sentiment rond de Britse munt vormt aanleiding om de vorige week aangeraden positie GBP/USD voorlopig aan te houden.

 

Lees ook: Industrie VS tendeert naar lichte groei