10 vragen aan… Reinout van der Heijden
1. Waarom bent u met beleggen begonnen?
‘Zo’n twintig jaar geleden ben ik vanwege het rendement met beleggen begonnen. Ik kocht een paar beheerde fondsen, maar daar vond ik niets aan. Ik ben al snel overgestapt op individuele aandelen. Beleggen is een hobby. Als aandeelhouder ben je een soort ondernemer, je doet mee met een aantal grote bedrijven.’
2. Waarom bent u nu een actieve belegger?
‘Nou ja, eigenlijk probeer ik zo inactief mogelijk te zijn. Ik doe maximaal vijf tot zes transacties per jaar. Ik wil de neiging onderdrukken om te denken dat ik slimmer ben dan anderen. Daarom reageer ik over het algemeen niet op incidenten op de beurs. Dat is verstandiger en bovendien beter voor het rendement.’
3. Wat was uw grootste succes?
‘Laat ik een recent succes noemen: AkzoNobel, dat bedrijf is flink in koers gestegen. De afsplitsing van de chemietak was een goede zet, het bedrijf heeft nu de handen vrij om zich op verf en coatings te richten. Ik geloof de analisten die zeggen dat er voor Akzo nog een verdere koersstijging inzit. Een koers van meer van €100 is niet irreëel.’
4. Wat was uw grootste teleurstelling?
‘In het recente verleden is dat Unibail-Rodamco. Het bedrijf ging leningen aan om Westfield te kopen en de koers zakte flink, omdat beleggers bang zijn voor hoge schuld. Dat is begrijpelijk, maar ik ben eigenwijs en heb mijn aandelen niet verkocht. Ik ben van mening dat het aandeel ondergewaardeerd is en ik verwacht dat de koers weer zal oplopen. Zo zie je maar, dan denk ik toch dat ik het beter weet.’
5. Hoeveel tijd besteedt u aan beleggen?
‘Maximaal twee tot drie uur per week. Als kapitaalverschaffer lees ik graag over de bedrijven die ik in portefeuille heb. Ik haal mijn informatie uit verschillende bronnen: de kwartaal- en jaarverslagen van bedrijven, verschillende websites en bladen – ook Beleggers Belangen – en het Financieele Dagblad. Het FD heeft ook een goed archief, zodat je snel meer te weten kunt komen over de historie van een bedrijf. Als econoom ben ik cijfermatig ingesteld: de boekwaarde, het dividendrendement en de winstontwikkeling vind ik belangrijk.’
6. Wat is uw beleggingsstijl?
‘Het is misschien flauw om te zeggen, maar spreiding staat bij mij voorop. Mijn posities zijn niet groter dan €1500 tot €2000 per bedrijf, zo beperk je ook eventuele verliezen. Ik heb een brede portefeuille en beleg voor de lange termijn. Ik ben niet uit op koopjes op de beurs, ik moet vooral een goed gevoel hebben bij een bedrijf. Op dit moment bestaat mijn portefeuille uit ruim vijftien individuele aandelen, waaronder Intertrust, Ahold Delhaize, Shell en Galapagos. Dat laatste is een mooi bedrijf, maar het blijft riskant om erin te investeren.’
7. Wat is uw grootste ergernis?
‘Dat zijn de deskundigen die achteraf gelijk willen krijgen, zo van: ik zeg al jaren dat dit de nieuwe trend is. Dat irriteert me. Meestal is het flauwekul wat zij zeggen. Ik vind dat er altijd een goede analyse achter een mening moet zitten.’
8. Welke belegger bewondert u het meest?
‘John Bogle, de oprichter van Vanguard, die het eerste indexbeleggingsfonds op de markt bracht dat beschikbaar was voor het grote publiek. Hij liet zien dat niemand groter is dan de markt, beleggers past een zekere bescheidenheid. Zelf beleg ik overigens alleen in ETF’s waarmee ik later mijn pensioen ga aanvullen. Die portefeuille volg ik nauwelijks. Dat is minder leuk, maar ook goed.’
9. Wat verwacht u de komende tijd van de beurs?
‘Dat weet ik niet. Elke dag zijn er gebeurtenissen die invloed hebben op de beurs, bijvoorbeeld de uitspraken van Trump. Ik geloof niet dat de beurzen op dit moment overgewaardeerd zijn, bedrijven maken nog goede winsten.’
10 Welke tip hebt u voor andere beleggers?
‘Zoek bedrijven met een sterk verhaal, die komen vaak boven drijven. Verzamel informatie over het betreffende bedrijf. Als je iets negatiefs leest, zoek dan ook naar positieve kanten. Het verhaal is altijd groter dan je denkt. Bekijk alles vanuit het perspectief van het bedrijf en reageer niet te veel op incidenten. Verdiep je ook in de geschiedenis van het bedrijf. Als je de historie kent, begrijp je bepaalde ontwikkelingen beter.’