Goud blijft de standaard
In de periode tussen 1948 en 1971 stegen zowel het bbp als de lonen met 75%. Over de periode tussen 1948 en 2020 zien we echter een bbp-stijging van 275% en een reële loonstijging van (nog steeds) 75%. De stijging van de lonen blijft sinds 1971 dus structureel achter bij de stijging van het bbp. Dit duidt op een grondige scheefgroei van de economische verhoudingen.
Het jaar 1971 is niet willekeurig gekozen. Dat is namelijk het jaar waarin de gouden standaard definitief werd losgelaten. Tot dat moment was de dollar gedekt door goud, waardoor de geldhoeveelheid per definitie beperkt was. Na het loslaten van de gouden standaard kon er onbeperkt geld worden bijgedrukt. Dat gebeurde dan ook, en het waren niet alleen dollars. Vóór 1971 waren alle belangrijke valuta’s namelijk gekoppeld aan de dollar tegen een vaste wisselkoers. Zo was de Nederlandse gulden niet inwisselbaar voor goud, maar omdat de gulden vast zat aan de dollar was de prijs ervan wel afgeleid van de goudprijs. Vanaf 1971 was de dollar niet meer gekoppeld aan goud en kon dus ook de gulden vrij bewegen – net als vele andere munten.
De laatste tien jaar, en vooral de laatste maanden, hebben we pas echt gezien waartoe onbeperkte geldcreatie kan leiden. Zo wordt Air France-KLM nu met miljardensteun van de Franse en Nederlandse overheid gered en krijgen ook andere Europese luchtvaartmaatschappijen staatssteun. Maar Ryanair, zonder twijfel de best geleide luchtvaartmaatschappij van Europa, krijgt helemaal niets.
Marktaandeel
Dat zijn geen normale economische verhoudingen. Onder de gouden standaard pakken de beste bedrijven in een economische crisis marktaandeel af van minder goede bedrijven. Zo wordt de economie in een recessie gezuiverd van excessen waardoor er in een volgende cyclus nieuwe toppen kunnen worden bereikt. Dat is een zuiver kapitalistisch beginsel. Maar in een maatschappij waarin alles en iedereen wordt gered, kunnen de zwakke bedrijven blijven bestaan en pakken de goed geleide bedrijven niet het marktaandeel dat ze verdienen. Toch is iedereen bij elke recessie weer verbaasd dat het herstel zo langzaam gaat, dat de middenklasse er niet van profiteert en dat de economische groei tegenvalt vergeleken met het herstel na de vorige recessie.
Hoe meer geld er wordt bijgedrukt, hoe meer steun er wordt gegeven aan het bedrijfsleven en hoe normaler die steun wordt gevonden, hoe meer de wereld afstand neemt van het kapitalisme. Ik weet niet hoe lang dat nog kan doorgaan, maar ik weet zeker dat onder deze omstandigheden goud de enige belegging is die goed zal presteren. Daarom tip ik deze week maar weer eens een goudmijn. Goud blijft de standaard.