Oliebeleid Trump werkt averechts
Lang voordat hij president van de Verenigde Staten werd, was Donald Trump al een fel tegenstander van de OPEC, de organisatie van olie-exporterende landen. Trumps grootste bezwaar was altijd dat de OPEC de olieprijzen kunstmatig hoog houdt door het sturen van de olieproductie. Nu Trump president is, is hij nog altijd fel gekant tegen hoge olieprijzen. Dat laat hij ook regelmatig weten via Twitter, zijn favoriete communicatiekanaal.
Sturen op benzine
Trump lijkt echter niet zozeer de olieprijs, als wel de benzineprijs goed in de gaten te houden. De prijs van een gallon benzine zegt de gemiddelde Amerikaan namelijk veel meer dan die van een vat ruwe olie. Voor een president die herkozen wil worden, is het dan ook van belang om de benzineprijs laag te houden. De prijs aan de pomp is een belangrijke politieke graadmeter. Iedere keer als de Amerikaanse benzineprijs richting de $3 per gallon lijkt te kruipen, is het tijd om op de spreekwoordelijke rem te trappen.
Maar wie de benzineprijs laag wil houden, kan niet heen om de prijs van olie. Dat is immers de belangrijkste grondstof van benzine. De olieprijs moet dus ook omlaag. Onlangs zei president Trump dat hij ‘even gebeld heeft met OPEC om de prijs te verlagen’. En hoewel deze melding niet door het productiekartel werd bevestigd, zagen beleggers hierin wel een reden om winst te nemen op de prijsstijging van de weken daarvoor. Het gevolg was dat de olieprijs daadwerkelijk daalde. Trumps melding volgde een eerdere reeks van berichten en tweets waarin de president de OPEC op het hart drukte om vooral de prijs niet te ver op te laten lopen.
Sancties
Trumps oproepen aan de OPEC zijn buitengewoon ironisch als je bedenkt dat zijn eigen beleid in belangrijke mate debet is aan de stijgende olieprijs. De Verenigde Staten hebben immers sancties ingevoerd tegen zowel Venezuela als Iran, twee grote olieproducenten. Beide landen mogen geen gebruik meer maken van het financiële systeem in de VS. Dat betekent onder andere dat goederenhandel in Amerikaanse dollars is uitgesloten. Daarnaast pakken de Amerikanen ook bedrijven en landen aan die nog wel zaken doen met de Iraniërs en Venozolanen. De angst dat de mondiale olieproductie als gevolg van deze sancties zo sterk onder druk komt dat er tekorten ontstaan, is voor beleggers reden om te speculeren op verdere prijsstijgingen.
Trends
Hier zien we duidelijk het onderscheid tussen beleggers die zich richten op de lange termijn, en zij die zich laten leiden door marktbewegingen op korte termijn. Op de lange termijn wordt de olieprijs nog steeds bepaald door marktfundamenten. Volgens het Internationaal Energieagentschap zal de mondiale vraag naar olie de komende jaren gestaag blijven toenemen. Dit past in het beeld van de afgelopen jaren, waarin de olieprijs vooral bepaald werd door veranderingen in het aanbod. Het sanctiebeleid van de VS en de afspraken van de OPEC over productiebeperking bleken de olieprijs te ondersteunen – naast de aanhoudende mondiale groei van de economie, die dus gepaard gaat met een stijgende vraag naar olie. De toenemende (schalie-)olieproductie in de VS en de onrust met betrekking tot het handelsconflict tussen de VS en China remden de prijsstijging iets af, maar dit doet niks af aan de fundamenteel toenemende olievraag.
Speculatie
De speculatieve belegger laat zich meer leiden door het risicosentiment in de financiële markten, dat een steeds grotere invloed krijgt op de olieprijs. De toegang tot deze specialistische markten is in het laatste decennium aanzienlijk vereenvoudigd door de opkomst van onder andere ETF’s. De beweeglijkheid van de oliemarkt is de afgelopen jaren dan ook flink opgelopen. Angst of hoop ten aanzien van de toekomstige vraag-aanbodverhouding van olie resulteert direct in aanpassing van de marktpositionering. Als iemand in staat is gebleken deze sentimenten te voeden via een kort berichtje op Twitter, is het president Trump wel. Het is een bekend gezegde onder beleggers: the trend is your friend. Maar wat is Trump dan voor de belegger? Vriend of vijand?
Hans van Cleef is senior energy economist bij ABN Amro.