Belegger van de week: Marinus Sinke
Waarom bent u met beleggen begonnen?
‘Mijn hele familie uit Zeeland belegde, dus ik kwam er al heel jong mee in aanraking. Ik herinner mij dat de man van de bank bij ons thuis kwam om coupons te knippen. Als klein ventje zat ik dan op een stoof te luisteren naar de volwassenen. Als student kocht ik mijn eerste aandelen: Koninklijke Olie vanwege het hoge dividend. In die tijd ben ik ook begonnen met het bezoeken van vergaderingen voor aandeelhouders. Mijn eerste was die van Shell, ik verzamelde alle aandelen binnen de familie en deponeerde die om toegang tot de vergadering te krijgen. Ik was gebiologeerd: ik mocht meteen stemmen.’
Waarom bent u nu een actieve belegger?
‘Ik ben mijn hele leven blijven beleggen en handel nog veel. Ik wil mijn vermogen laten renderen en ervoor zorgen dat er genoeg dividend binnenkomt. Daarnaast ben je actief bezig met het bedrijfsleven, de economie en politieke factoren. Ik ben ook lid van beleggersclub De Rode Pimpernel, daarin zitten heel slimme jongens, dus ik moet goed mijn best doen tijdens onze clubavonden.’
Wat was uw grootste succes?
‘Een groot succes was de robotfabriek Kuka uit Duitsland, die in 2016 werd overgenomen door de Chinezen. Ik had mijn aandelen op een lage koers gekocht en heb er flink aan verdiend. In Duitsland zorgde deze overname voor commotie. De pers schreef dat het bedrijf van strategisch belang was voor Duitsland en dat dit niet zo had mogen gebeuren.’
Wat was uw grootste teleurstelling?
‘Met Baan en Fortis ben ik flink het schip ingegaan, dat zijn bekende missers. Maar als belegger moet je accepteren dat je soms grote verliezen lijdt.’
Hoeveel tijd besteedt u aan beleggen?
‘Al snel een uur per dag. Ik lees het Financieele Dagblad, heb een abonnement op Beleggers Belangen en bekijk websites van bedrijven. Ook vraag ik regelmatig jaarverslagen van Nederlandse bedrijven op, laatst nog van Kendrion en TKH. Ik ben geen man van de cijfers en geloof niet in technische analyse, maar ik kijk wel naar de schulden en de goodwill van een bedrijf. Ik heb zelf altijd leidinggevende functies gehad in het bedrijfsleven.’
Wat is uw beleggingsstijl?
‘Ik beleg alleen in individuele aandelen van bedrijven die ik begrijp. Ik ben opgeleid als levensmiddelentechnoloog en heb een voorkeur voor bedrijven op het gebied van farma en voeding. De helft van mijn aandelen zijn van Europese bedrijven en staan genoteerd in euro’s. De andere helft investeer ik in Zwitserse en Amerikaanse bedrijven in franken en dollars. Zo zorg ik ervoor dat mijn portefeuille goed gespreid is in valuta’s en over regio’s. Ik ben niet gek op de euro, van een Griek en een Italiaan maak je nooit een Deen. En als er iets gebeurt op wereldniveau, vluchten beleggers in goud en in dollars. Daarnaast vind ik het dividend belangrijk. Mijn vrouw en ik maken graag een cruise van de dividendinkomsten.’
Wat is uw grootste ergernis?
‘Ik erger mij soms aan ceo’s die zich verheven voelen boven de aandeelhouders en de werknemers. Neem ING: die 775 miljoen boete wordt betaald uit de kas van de aandeelhouders en het personeel. Ook Imtech en Fortis zijn ergernissen: ik heb niemand gezien die zich voor de rechter moest verantwoorden.’
Welke belegger bewondert u het meest?
‘Dat noem ik iemand van mijn beleggingsclub: Guus van Oostveen, hij is het vroegere hoofd beleggingen van Robeco. Wij beleggen virtueel en hij is zo ontzettend scherp. Ook Paul Koster, directeur van de VEB, verdient een vermelding: hij behartigt de belangen van aandeelhouders heel goed.’
Wat verwacht u de komende tijd van de beurs?
‘Ik ben tamelijk optimistisch: ik denk dat het mee gaat vallen. Er zal een flink olietekort ontstaan en de vraag naar gas zal toenemen. Ik weet niet zoveel van nieuwe ontwikkelingen zoals nanotechnologie, robotisering, big data en artificial intelligence, maar ik verwacht dat ze de economie een boost zullen geven.’
Welke tip hebt u voor andere beleggers?
‘ASML en ING zijn flink afgestraft en zijn op dit moment koopwaardige aandelen. Datzelfde geldt voor Acomo, dat is een leuk fonds dat veel dividend uitkeert.’