Aandelen internationaal
Met de goede rendementen van de afgelopen week liepen de belangrijkste indices in Europa met dank aan de ECB voor het eerst dit jaar weer eens een beetje in op de Amerikaanse tegenhangers. Ook de Dow Jones (+0,9%) en de breed samengestelde S&P500 (+1,2%) beleefden eindelijk een goede week, maar bleven dus achter bij Europa. Dit jaar tot nu toe ontlopen de S&P500 (-6,9%) en de Dow Jones (-7,2%) en de Europese Stoxx600 en Stoxx 50 (beiden -7,8%) elkaar niet veel meer. In Europa zijn het nog steeds de banken en verzekeraars die de hoofdgraadmeters naar beneden halen en in de Verenigde Staten de banken en de oliegerelateerde aandelen. Een aparte categorie verliezers in Europa zijn nog de autofabrikanten, zoals BMW (-18,7%), Daimler (-16,1%) en Volkswagen (-16,0%). Waar de problemen op Wall Street zich 'beperken' tot financiële instellingen en de oliegerelateerde aandelen, krijgen Europese beleggers een dieselschandaal op de koop toe. Voor de Nederlandse beleggers is het een zegen dat op het Beursplein geen grote autofabrikanten genoteerd staan, terwijl dit jaar tot nu toe Air France-KLM (+12,6%) en Philips (+0,7%) tot de weinige fondsen behoren met een positief rendement in 2016. Het is echter een illusie om te verwachten dat de door de renteverhoging in de VS, de groeivertraging in China en de daling van de olieprijs veroorzaakte aandelencrisis door de woorden van Mario Draghi tot de verleden tijd behoren. Het afgelopen decennium heeft geleerd dat de Fed en de ECB de aandelenmarkten enorm kunnen sturen, maar ook de centrale banken zullen het uiteindelijk moeten afleggen tegen een wereldwijde groeivertraging en structureel lage olieprijs. De Shanghai Composite (-8,6%) en Japanse Nikkei (-2,0%) daalden afgelopen week 'gewoon' door. Volgende week gaan we in een omslagartikel dieper in op de problemen in de opkomende markten.
Na een maand van vrijwel onafgebroken koersdalingen wisten de internationale aandelenmarkten afgelopen week weer eens terrein te winnen. Met dank aan de fluctuaties in de olieprijs en de steun van ECB-president Mario Draghi eindigden vrijwel alle belangrijke aandelenindices die wij volgen in de plus (slotkoersen van dinsdag). En het goede nieuws voor de Nederlandse particuliere belegger was dat de AEX met +3,5% tot de koplopers behoorde. Van de 93 hoofdgraadmeters die persbureau Bloomberg bijhoudt, deden de afgelopen week gemeten in lokale valuta alleen de beurzen van Argentinië, Nigeria, Portugal en Colombia het beter.
De Portugese PSI (+5,2%) profiteerde vooral van de verkiezing van Marcelo Rebelo de Sousa als president; een meevaller in het door politieke onrust en economische onzekerheid geteisterde land. De AEX liep voorop vanwege de goede jaarcijfers van ASML, Ahold en Philips terwijl zwaargewicht Royal Dutch Shell profiteerde van een opleving van de olieprijs. Die opleving van de olieprijs was er ook de reden van dat de Russische RTSI (+3,5%) weer eens een beetje terrein won.
Dankzij de woorden van Mario Draghi beleefden ook de andere Europese beurzen weer eens een goede week. Na Amsterdam en Lissabon liepen de OMX Helsinki (+3,0%), de Belgische Bel20 (+2,7%) en de Franse CAC (+2,0%) hard op. De Stoxx50 van meest verhandelde aandelen rendeerde +1,8% en de breed samengestelde Stoxx600 +1,9%. Kenmerkend voor de lichte verbetering van het sentiment over grondstoffen was dat het Britse Tullow Oil (+21,8%) en Randgold Resources (+12,9%) in vijf handelsdagen uitstekende rendementen boekten. Binnen de Stoxx600 was afgelopen week overigens ons eigen ASML (+12,5%) het op drie na best renderende fonds.
Met de goede rendementen van de afgelopen week liepen de belangrijkste indices in Europa met dank aan de ECB voor het eerst dit jaar weer eens een beetje in op de Amerikaanse tegenhangers. Ook de Dow Jones (+0,9%) en de breed samengestelde S&P500 (+1,2%) beleefden eindelijk een goede week, maar bleven dus achter bij Europa. Dit jaar tot nu toe ontlopen de S&P500 (-6,9%) en de Dow Jones (-7,2%) en de Europese Stoxx600 en Stoxx 50 (beiden -7,8%) elkaar niet veel meer.
In Europa zijn het nog steeds de banken en verzekeraars die de hoofdgraadmeters naar beneden halen en in de Verenigde Staten de banken en de oliegerelateerde aandelen. Een aparte categorie verliezers in Europa zijn nog de autofabrikanten, zoals BMW (-18,7%), Daimler (-16,1%) en Volkswagen (-16,0%). Waar de problemen op Wall Street zich ‘beperken’ tot financiële instellingen en de oliegerelateerde aandelen, krijgen Europese beleggers een dieselschandaal op de koop toe. Voor de Nederlandse beleggers is het een zegen dat op het Beursplein geen grote autofabrikanten genoteerd staan, terwijl dit jaar tot nu toe Air France-KLM (+12,6%) en Philips (+0,7%) tot de weinige fondsen behoren met een positief rendement in 2016.
Het is echter een illusie om te verwachten dat de door de renteverhoging in de VS, de groeivertraging in China en de daling van de olieprijs veroorzaakte aandelencrisis door de woorden van Mario Draghi tot de verleden tijd behoren. Het afgelopen decennium heeft geleerd dat de Fed en de ECB de aandelenmarkten enorm kunnen sturen, maar ook de centrale banken zullen het uiteindelijk moeten afleggen tegen een wereldwijde groeivertraging en structureel lage olieprijs. De Shanghai Composite (-8,6%) en Japanse Nikkei (-2,0%) daalden afgelopen week ‘gewoon’ door. Volgende week gaan we in een omslagartikel dieper in op de problemen in de opkomende markten.