Acht beleggingsregels voor een omgeving met weinig rendement
Het zal niemand ontgaan zijn dat we in een periode zitten waarin vermogensintering snel ons deel is. Vandaag acht beleggingsregels of –adviezen om die intering te lijf te gaan.
In mijn column van 29 maart getiteld ‘Leven in een omgeving zonder rendement’ beschreef ik de situatie waarin de rente door toedoen van het huidige monetaire beleid (bewust) extreem laag staat. Die lage rente is nodig om banken (die in de problemen zijn gekomen door de kredietcrisis) en overheden (die te veel schulden hebben) overeind te houden.
Wij hebben er allemaal last van. Als we al niet worden geraakt met de lage rente op onze deposito dan is het wel doordat onze pensioenen gekort worden door de lage dekkingsgraden van de pensioenfondsen. En geld verdienen op de beurs lijkt de laatste jaren lastig.
Overigens worden aandelen in theorie niet direct hard geraakt door een lage rente. Dat ook aandelen in de huidige malaise meedelen heeft wel te maken met de omgeving waarin een lage rente door de monetaire beleidsmakers als noodzakelijk wordt gezien, namelijk de diverse crisissen die zich na elkaar, en ook gedeeltelijk door elkaar, hebben voorgedaan: huizenmarkt-, krediet- en schuldencrisis. Het maakt mensen onzeker, ook om te beleggen.
Daarbij geldt voor aandelen ook nog dat mensen en instituten door allerlei regels aangezet worden om te ‘derisken’. Ze worden aangespoord schulden af te bouwen en minder risico’s te nemen. Dat raakt beleggen in aandelen. En waarschijnlijk speelt op de achtergrond ook nog mee dat we in de jaren negentig een enorme zeepbel op de aandelenmarkten hebben gezien, een zeepbel die mogelijk nog niet helemaal is leeggelopen.
Maar goed, de constatering van een omgeving met weinig rendement is één. Belangrijker is wat mensen met vermogen nu moeten doen. Geïnspireerd door een column van Lance Roberts heb ik acht (beleggings)regels opgesteld.
- Buy and hold-beleggen gaat niet werken. Actief beheer is meer dan ooit noodzakelijk. Natuurlijk weet ik dat we in een omgeving zitten waarin beleggers er toe worden aangezet om maar zo goedkoop mogelijk in trackers te zitten, en die vervolgens maar zo lang mogelijk vast te houden, om maar geen transactiekosten te maken. Om de risico’s onder controle te houden moet u echter regelmatig de beslissing nemen wel of niet in aandelen, obligaties, grondstoffen of vastgoed te zitten. En als u besluit in een bepaalde assetcategorie te zitten, komt het er op aan niet standaard alle beleggingen uit een index te hebben, maar juist voor bepaalde typen aandelen, obligaties et cetera (zie ook hierna). Ook kan het helpen beleggingscategorieën te selecteren die profiteren als het weer een tijdje slecht gaat op de beurzen, bijvoorbeeld beleggingsfondsen die middels futures inspelen op beweeglijkheid (volatiliteit) op de beurzen.
- Investeren (beleggen) is beter voor de economie (en dus uiteindelijk ook voor uzelf) dan sparen. Sparen is de vermaledijde banken overeind houden. Door te beleggen, bijvoorbeeld in vastgoed of ondernemers die zelf moeilijk aan geld komen, omdat de banken zich terugtrekken, helpen we de economie vooruit. En als u dat goed doet rendeert het ook meer dan spaargeld.
- Beleg op momenten dat het (tijdelijk) slecht gaat op de beurzen. In een eerdere column heb ik toegelicht dat je waarschijnlijk op lange termijn spekkoper bent als je steeds (vooral als beurzen even dalen) wat geld naar de markt brengt. Ik toonde aan dat als je in de ‘slechte’ jaren zeventig ieder jaar €8000 investeerde in aandelen (en dat tien jaar lang), je nu miljonair zou zijn geweest. Sommigen noemen deze strategie ook wel ‘lump sum investing’, wat tegenover de strategie van ‘dollar cost averaging’ (iedere maand een klein bedrag investeren) staat.
- Kies inkomen boven groei. Kies bij aandelen vooral voor aandelen met een lager risico en een hoger dividend. Groeien is moeilijk in deze omgeving. Als je een portefeuille van minder volatiele aandelen hebt, die doorgaans ook een beter dividend betalen, scoor je op de lange termijn door het dividend-op-dividend-effect waarschijnlijk een goed rendement. Een interessant strategie is in dit kader ‘low vol investing’. Zie een artikel dat ik eerder voor Beleggers Belangen schreef.
- Negeer relatieve prestaties (ten opzichte van een index), beleg met een bepaald koersdoel, bijvoorbeeld inflatie plus 1,5%. Wat de AEX of Dow Jones doet is niet relevant. Ook niet of u in staat bent het beter te doen dan die index. Wat als de AEX weer een keer 30% daalt? Maak een beleggingsportefeuille die het op vijfjaarsbasis beter zou moeten kunnen doen dan de inflatie. We ontkomen er dan niet aan om daarin ook alternatieve beleggingsfondsen op te nemen, die proberen ieder jaar een positief rendement te maken.
- Blijf spreiden. Het is zo langzamerhand een verhaal uit oude doos, maar het klimaat is onzeker en we weten niet wat er allemaal kan gebeuren. Voorzichtig zijn door te spreiden is een vereiste. En bovendien: spreiding haalt de volatiliteit uit uw totale portefeuille, waardoor het behalen van een bepaalde rendementsdoelstelling makkelijker wordt.
- Overweeg bij de spreiding ook harde assets, als vastgoed, land en grondstoffen. Als we in een scenario van hoge inflatie terecht komen (wat door die enorme geldcreactie van de laatste jaren zeker niet uitgesloten is), zullen harde assets waarschijnlijk de beleggingscateogorieën zijn die het hardst zullen stijgen.
- Vermijd langlopende contracten. Producten waar u meerdere jaren in moet zitten zijn veel te gevaarlijk. Een gedeelte in vastgoed (eigen huis) en land is al meer dan genoeg voor uw vermogen. Langlopende contracten zijn overigens altijd al gevaarlijk geweest, maar vooral in een klimaat waar, zoals gezegd, inflatie ineens de kop op kan steken. Kies bij obligaties vooral de kortlopende contracten of obligaties uit delen van de wereld waar het nu wel goed gaat. Wie nu een twintigjarige staatslening uit Nederland, Duitsland of de VS koopt weet zeker dat hij daar de komende twee decennia op gaat inleveren.
In mijn column van 29 maart getiteld ‘Leven in een omgeving zonder rendement’ beschreef ik de situatie waarin de rente door toedoen van het huidige monetaire beleid (bewust) extreem laag staat. Die lage rente is nodig om banken (die in de problemen zijn gekomen door de kredietcrisis) en overheden (die te veel schulden hebben) overeind te houden.
Wij hebben er allemaal last van. Als we al niet worden geraakt met de lage rente op onze deposito dan is het wel doordat onze pensioenen gekort worden door de lage dekkingsgraden van de pensioenfondsen. En geld verdienen op de beurs lijkt de laatste jaren lastig.
Overigens worden aandelen in theorie niet direct hard geraakt door een lage rente. Dat ook aandelen in de huidige malaise meedelen heeft wel te maken met de omgeving waarin een lage rente door de monetaire beleidsmakers als noodzakelijk wordt gezien, namelijk de diverse crisissen die zich na elkaar, en ook gedeeltelijk door elkaar, hebben voorgedaan: huizenmarkt-, krediet- en schuldencrisis. Het maakt mensen onzeker, ook om te beleggen.
Daarbij geldt voor aandelen ook nog dat mensen en instituten door allerlei regels aangezet worden om te ‘derisken’. Ze worden aangespoord schulden af te bouwen en minder risico’s te nemen. Dat raakt beleggen in aandelen. En waarschijnlijk speelt op de achtergrond ook nog mee dat we in de jaren negentig een enorme zeepbel op de aandelenmarkten hebben gezien, een zeepbel die mogelijk nog niet helemaal is leeggelopen.
Maar goed, de constatering van een omgeving met weinig rendement is één. Belangrijker is wat mensen met vermogen nu moeten doen. Geïnspireerd door een column van Lance Roberts heb ik acht (beleggings)regels opgesteld.
- Buy and hold-beleggen gaat niet werken. Actief beheer is meer dan ooit noodzakelijk. Natuurlijk weet ik dat we in een omgeving zitten waarin beleggers er toe worden aangezet om maar zo goedkoop mogelijk in trackers te zitten, en die vervolgens maar zo lang mogelijk vast te houden, om maar geen transactiekosten te maken. Om de risico’s onder controle te houden moet u echter regelmatig de beslissing nemen wel of niet in aandelen, obligaties, grondstoffen of vastgoed te zitten. En als u besluit in een bepaalde assetcategorie te zitten, komt het er op aan niet standaard alle beleggingen uit een index te hebben, maar juist voor bepaalde typen aandelen, obligaties et cetera (zie ook hierna). Ook kan het helpen beleggingscategorieën te selecteren die profiteren als het weer een tijdje slecht gaat op de beurzen, bijvoorbeeld beleggingsfondsen die middels futures inspelen op beweeglijkheid (volatiliteit) op de beurzen.
- Investeren (beleggen) is beter voor de economie (en dus uiteindelijk ook voor uzelf) dan sparen. Sparen is de vermaledijde banken overeind houden. Door te beleggen, bijvoorbeeld in vastgoed of ondernemers die zelf moeilijk aan geld komen, omdat de banken zich terugtrekken, helpen we de economie vooruit. En als u dat goed doet rendeert het ook meer dan spaargeld.
- Beleg op momenten dat het (tijdelijk) slecht gaat op de beurzen. In een eerdere column heb ik toegelicht dat je waarschijnlijk op lange termijn spekkoper bent als je steeds (vooral als beurzen even dalen) wat geld naar de markt brengt. Ik toonde aan dat als je in de ‘slechte’ jaren zeventig ieder jaar €8000 investeerde in aandelen (en dat tien jaar lang), je nu miljonair zou zijn geweest. Sommigen noemen deze strategie ook wel ‘lump sum investing’, wat tegenover de strategie van ‘dollar cost averaging’ (iedere maand een klein bedrag investeren) staat.
- Kies inkomen boven groei. Kies bij aandelen vooral voor aandelen met een lager risico en een hoger dividend. Groeien is moeilijk in deze omgeving. Als je een portefeuille van minder volatiele aandelen hebt, die doorgaans ook een beter dividend betalen, scoor je op de lange termijn door het dividend-op-dividend-effect waarschijnlijk een goed rendement. Een interessant strategie is in dit kader ‘low vol investing’. Zie een artikel dat ik eerder voor Beleggers Belangen schreef.
- Negeer relatieve prestaties (ten opzichte van een index), beleg met een bepaald koersdoel, bijvoorbeeld inflatie plus 1,5%. Wat de AEX of Dow Jones doet is niet relevant. Ook niet of u in staat bent het beter te doen dan die index. Wat als de AEX weer een keer 30% daalt? Maak een beleggingsportefeuille die het op vijfjaarsbasis beter zou moeten kunnen doen dan de inflatie. We ontkomen er dan niet aan om daarin ook alternatieve beleggingsfondsen op te nemen, die proberen ieder jaar een positief rendement te maken.
- Blijf spreiden. Het is zo langzamerhand een verhaal uit oude doos, maar het klimaat is onzeker en we weten niet wat er allemaal kan gebeuren. Voorzichtig zijn door te spreiden is een vereiste. En bovendien: spreiding haalt de volatiliteit uit uw totale portefeuille, waardoor het behalen van een bepaalde rendementsdoelstelling makkelijker wordt.
- Overweeg bij de spreiding ook harde assets, als vastgoed, land en grondstoffen. Als we in een scenario van hoge inflatie terecht komen (wat door die enorme geldcreactie van de laatste jaren zeker niet uitgesloten is), zullen harde assets waarschijnlijk de beleggingscateogorieën zijn die het hardst zullen stijgen.
- Vermijd langlopende contracten. Producten waar u meerdere jaren in moet zitten zijn veel te gevaarlijk. Een gedeelte in vastgoed (eigen huis) en land is al meer dan genoeg voor uw vermogen. Langlopende contracten zijn overigens altijd al gevaarlijk geweest, maar vooral in een klimaat waar, zoals gezegd, inflatie ineens de kop op kan steken. Kies bij obligaties vooral de kortlopende contracten of obligaties uit delen van de wereld waar het nu wel goed gaat. Wie nu een twintigjarige staatslening uit Nederland, Duitsland of de VS koopt weet zeker dat hij daar de komende twee decennia op gaat inleveren.