Herhaalt de geschiedenis zich?
Twee economen van Schroders over de vraag of de wereld net als in de vorige eeuw afstevent op een Grote Depressie.
Op het oog vertoont de huidige economische situatie overeenkomsten met die van eind jaren twintig van de vorige eeuw. Landen met een betalingsbalansoverschot (zoals nu Duitsland) zijn onwillig om dat weg te werken, op de grondstrofmarkten treedt overproductie op en het ontbreekt aan een wereldwijde economische aanjager.
Voor Schroders aanleiding om twee van zijn vooraanstaande analisten te vragen hoe zij de kans op een nieuwe Grote Depressie inschatten.
De pessismist
Craig Botham, econoom opkomende markten bij Schroders, is uiterst pessimistisch. Hij wijst op het risico dat de Fed een beleidsfout maakt en verkrapping doorvoert terwijl de economie nog te zwak is. Dat zou desastreuze gevolgen hebben voor de vele landen die hun valuta gekoppeld hebben aan de dollar.
Botham ziet veel parallellen tussen 1929 en 2015:
Er is geen grote schok nodig om een Grote Depressie te veroorzaken. Een eeuw geleden werden die landen die van buitenlandse financiering afhankelijk waren om hun handelstekort te financieren het hardste geraakt. Er was een sterke afhankelijkheid van dollarliquiditeit. Volgens Botham kan de VS ook nu een groot deel van de wereld in zijn val meesleuren.
De economische zwakte in de rest van de wereld en de haperende Amerikaanse groeimotor. In reactie op lagere grondstofprijzen koos men destijds voor een hogere productie, maar uiteindelijk leidde dat tot een verdere daling van de prijzen. Dat gevaar is op de huidige grondstoffenmarkt ook niet denkbeeldig.
De onmacht van de Britten en de onwil van de Amerikanen om economisch het voortouw te nemen. Ook nu ontbreekt het volgens Botham aan een economische locomotief en mondiale afstemming van het beleid. Beleidsmakers hebben weinig speelruimte om een recessie te bestrijden.
Al met al zijn de overeenkomsten treffend, concludeert de opkomende-marktenspecialist. Hij acht de kans reëel dat de wereldeconomie een nieuwe duikeling zal maken (Foto: C. Thomas Anderson).
De (zeer gematigde) optimist
Hoofdeconoom Keith Wade is minder pessimistisch, al kun je zijn visie ook moeilijk rooskleurig noemen. Wade voorziet eerder een periode van lage groei, dan een diepe depressie.
Hij wijst op de verschillen ten opzichte van een eeuw geleden:
De geldvoorraad groeit en de inflatie is laag. De ruime monetaire politiek wereldwijd neemt veel financiële stress weg. Daarnaast is het bankensysteem nu sterker dan een eeuw geleden.
De banden van de VS en andere landen zijn veel losser dan in de tijd van de Gouden Standaard. De grootste pijn wordt nu gevoeld in opkomende markten, maar niet in die mate dat het in de ogen van Wade leidt tot een mondiale depressie.
De economie staat er nu een stuk beter voor. De internationale handel kraakt en zucht op dit moment, erkent Wade, maar niet in de verste verte zoals een eeuw geleden.
De impact van prijsdalingen van grondstoffen is minder groot. Daar is een eenvoudige reden voor te geven: grondstoffen vormen een kleiner deel van het wereldwijde BBP dan in de jaren twintig van de vorige eeuw het geval was.
Overeenkomsten zijn er wel, maar ze spelen in mindere mate, stelt de hoofdeconoom van Schroders. De beleidsreactie is ook totaal anders: toen was er geen QE. Kortom: een tweede Grote Depressie komt er niet, maar wel een langdurige periode van gematigde groei. Om een diepe val te voorkomen hebben we het herstel deels verlamd, is de conclusie van Wade.
Op het oog vertoont de huidige economische situatie overeenkomsten met die van eind jaren twintig van de vorige eeuw. Landen met een betalingsbalansoverschot (zoals nu Duitsland) zijn onwillig om dat weg te werken, op de grondstrofmarkten treedt overproductie op en het ontbreekt aan een wereldwijde economische aanjager.
Voor Schroders aanleiding om twee van zijn vooraanstaande analisten te vragen hoe zij de kans op een nieuwe Grote Depressie inschatten.
De pessismist
Craig Botham, econoom opkomende markten bij Schroders, is uiterst pessimistisch. Hij wijst op het risico dat de Fed een beleidsfout maakt en verkrapping doorvoert terwijl de economie nog te zwak is. Dat zou desastreuze gevolgen hebben voor de vele landen die hun valuta gekoppeld hebben aan de dollar.
Botham ziet veel parallellen tussen 1929 en 2015:
Er is geen grote schok nodig om een Grote Depressie te veroorzaken. Een eeuw geleden werden die landen die van buitenlandse financiering afhankelijk waren om hun handelstekort te financieren het hardste geraakt. Er was een sterke afhankelijkheid van dollarliquiditeit. Volgens Botham kan de VS ook nu een groot deel van de wereld in zijn val meesleuren.
De economische zwakte in de rest van de wereld en de haperende Amerikaanse groeimotor. In reactie op lagere grondstofprijzen koos men destijds voor een hogere productie, maar uiteindelijk leidde dat tot een verdere daling van de prijzen. Dat gevaar is op de huidige grondstoffenmarkt ook niet denkbeeldig.
De onmacht van de Britten en de onwil van de Amerikanen om economisch het voortouw te nemen. Ook nu ontbreekt het volgens Botham aan een economische locomotief en mondiale afstemming van het beleid. Beleidsmakers hebben weinig speelruimte om een recessie te bestrijden.
Al met al zijn de overeenkomsten treffend, concludeert de opkomende-marktenspecialist. Hij acht de kans reëel dat de wereldeconomie een nieuwe duikeling zal maken (Foto: C. Thomas Anderson).
De (zeer gematigde) optimist
Hoofdeconoom Keith Wade is minder pessimistisch, al kun je zijn visie ook moeilijk rooskleurig noemen. Wade voorziet eerder een periode van lage groei, dan een diepe depressie.
Hij wijst op de verschillen ten opzichte van een eeuw geleden:
De geldvoorraad groeit en de inflatie is laag. De ruime monetaire politiek wereldwijd neemt veel financiële stress weg. Daarnaast is het bankensysteem nu sterker dan een eeuw geleden.
De banden van de VS en andere landen zijn veel losser dan in de tijd van de Gouden Standaard. De grootste pijn wordt nu gevoeld in opkomende markten, maar niet in die mate dat het in de ogen van Wade leidt tot een mondiale depressie.
De economie staat er nu een stuk beter voor. De internationale handel kraakt en zucht op dit moment, erkent Wade, maar niet in de verste verte zoals een eeuw geleden.
De impact van prijsdalingen van grondstoffen is minder groot. Daar is een eenvoudige reden voor te geven: grondstoffen vormen een kleiner deel van het wereldwijde BBP dan in de jaren twintig van de vorige eeuw het geval was.
Overeenkomsten zijn er wel, maar ze spelen in mindere mate, stelt de hoofdeconoom van Schroders. De beleidsreactie is ook totaal anders: toen was er geen QE. Kortom: een tweede Grote Depressie komt er niet, maar wel een langdurige periode van gematigde groei. Om een diepe val te voorkomen hebben we het herstel deels verlamd, is de conclusie van Wade.