BAM | Bouwconcern traag van start
In het eerste kwartaal zag BAM de omzet als gevolg van desinvesteringen met 6% teruglopen naar €1,45 mrd. In de resterende thuismarkten Nederland, VK en Ierland steeg de omzet met 4%. Het aangepaste ebitda daalde van €97 mln naar €58 mln. Gecorrigeerd voor eenmalige posten daalde de ebitda met 2% en bleef de marge vrijwel stabiel op 4,0%.
In het VK en Ierland steeg het resultaat, mede dankzij de verkoop van een kantoorproject. De Nederlandse divisie boekte daarentegen een lagere winst als gevolg van aanhoudende problemen in de toeleveringsketens en vertraging bij enkele utiliteitsprojecten. Bovendien vielen de woningverkopen door de hogere rente terug van 580 naar 180. Hoewel de onderneming voor de komende kwartalen rekent op hogere woningverkopen, wordt het niveau van 2022 (2028 woningen) niet gehaald.
Woningontwikkeling is traditiegetrouw de meest winstgevende tak en de dalende woningverkopen bemoeilijken het behalen van de margedoelstelling. BAM handhaaft desalniettemin de verwachting voor dit jaar van een verdere stap richting de doelen voor 2023, ofwel een ebitda-marge van circa 5%. BAM zit daar ook niet zo ver meer vandaan, met een ebitda-marge van 4,5% in 2022. Een verdere verbetering bij de Nederlandse infratak biedt waarschijnlijk tegenwicht aan de druk op de woningontwikkeling.
Advies aandeel op ‘kopen’
Op de thuismarkten staan sowieso nog heel wat investeringen op stapel in infrastructuur- en energieprojecten. Per saldo bleef de orderportefeuille vrijwel stabiel. Omdat BAM al geruime tijd stuurt op marges boven volume is deze waarschijnlijk ook van betere kwaliteit. Op 5 keer de winst en een dividendrendement van 7,5% komt de verzwakte woningmarkt ruim voldoende tot uiting in de waardering. Het advies voor het aandeel BAM blijft ‘kopen’.