Beleggen met opties: vaak verliezen en toch heel veel winnen

Twee derde van je posities met verlies sluiten en toch tientallen procenten rendement maken. Voor aandelenbeleggers lijkt dat een utopie, maar de wekelijkse optietips van Beleggers Belangen bewijzen dat het met derivaten heel goed mogelijk is. Hoe pak je dat aan?

Op de website beleggersbelangen.nl staat elke week op donderdag een nieuwe optietip. Er zijn inmiddels al meer dan zeventig tips verschenen. De resultaten zijn tot nu toe uitstekend; het gemiddelde rendement per afgesloten tip is op 26 februari 60,7%. Maar het gemiddelde rendement vertekent iets: het rendement op een investering van €10 telt namelijk even zwaar als die op een investering van €100. Om hiervoor te corrigeren, kan het gewogen rendement berekend worden. Daarbij telt een rendement op een groot geïnvesteerd bedrag zwaarder mee dan dat op een klein bedrag. Maken we de berekening op deze manier, dan is het rendement zelfs nog ietsje hoger: 61,8%. Al met al een uitstekend resultaat, zeker als we bedenken dat de meeste tips maar een maand of twee à drie lopen.

Het idee achter de optietips is te laten zien hoe je langdurig een positief rendement kunt behalen met opties. We gaan er daarbij wel van uit dat lezers voldoende kennis hebben van opties, en met name van de risico’s die er soms bij komen kijken. Op de meeste tips kan er niet meer verloren worden dan de inleg, maar er zijn uitzonderingen op deze regel. Doorgaans plaatsen we bovengemiddeld riskante optietips niet zonder te waarschuwen voor het extra risico.

Bij de selectie van optietips beperken we ons niet tot de Nederlandse beurzen. Ook Amerikaanse en Duitse opties komen regelmatig aan bod. Een hoewel de tips natuurlijk individueel opgevolgd kunnen worden, worden ze wel opgezet als een soort ‘portefeuille’ van optieposities. Het is nu eenmaal verstandig om meerdere ijzers in het vuur te hebben. Meestal zit er ook een tip tussen die winst oplevert bij koersdalingen. Die slaan namelijk vaak onverwacht toe, en het is dan ook goed om altijd te kunnen terugvallen op een beschermingsconstructie.

Bij de keuze van de optietips gaan we uit van drie vuistregels.

1. Ga ook short

Wie alleen maar opties koopt, moet het vaak bij het rechte eind hebben wil er per saldo winst gemaakt worden. Door ook regelmatig opties short te gaan (te verkopen zonder de optie in bezit te hebben), hoeft minder vaak de juiste koersbeweging voorspeld te worden. Dat kan bijvoorbeeld door een gekochte call te combineren met een verkochte call met een andere uitoefenprijs of expiratiemaand. Er zijn al meerdere tips geweest waarbij er twee opties verkocht werden, terwijl er maar één gekocht werd. Dat brengt extra risico met zich mee, maar de investering is wel veel lager.

De optietips laten zien dat door ook opties te verkopen in plaats van uitsluitend te kopen, koersbewegingen veel minder vaak goed voorspeld hoeven te worden. Van de afgesloten tips is maar een derde in de plus geëindigd. Dat twee derde dus tot een verlies leidt, klinkt heel dramatisch. Maar omdat de winsten over het algemeen een stuk groter zijn dan de verliezen, blijft er per saldo een flinke winst over.

2. Kleine investering

Opties zijn riskanter dan bijvoorbeeld aandelen of obligaties. Daarom is het onverstandig om in één bepaalde optiepositie relatief veel geld te steken. Door per positie kleine bedragen te investeren, zal het verlies beperkt blijven mocht het misgaan. Een kleine investering zorgt er ook voor dat, als het zo mocht uitpakken dat meerdere posities achter elkaar op niets uitlopen, er nog altijd voldoende munitie is om nieuwe posities te openen. De gemiddelde investering per optietip is zo’n €70. Kleine verliezen tegenover grotere winsten zorgen voor een positief resultaat. Er zijn vijftien tips afgesloten met een winst van meer dan €100, terwijl er maar zes zijn afgesloten met een verlies van meer dan €100. Bij de optietips wordt altijd uitgegaan van een grootte van één contract, dus één callspread of één butterfly. Beleggers die het groter willen aanpakken, staat het natuurlijk altijd vrij om het twee, drie of meer keer te doen. Bedenk echter wel dat het aantal moet passen bij het risicoprofiel.

3. Herhaling

Optieposities zullen met grote regelmaat op niets uitlopen. Het is vooraf moeilijk te voorspellen wat de grote winnaars zullen worden. Wie een klein aantal posities opent, loopt het risico dat daar geen grote winnaars bij zitten. Dat risico neemt af door veel posities te openen.

RECENTE TIPS

Optietip 72

De tip van 22 februari is een butterfly op de AEX-index (optietip 72). Het gaat om de AEX jun18 550/560/570 call butterfly. Op 22 februari kostte deze butterfly €0,77. De maximale waarde ervan is €10,00, en de maximale winst is dus €9,23. Deze tip gaat geld opleveren als de AEX in juni tussen de 550 en 570 punten staat. Zeker is dat natuurlijk niet, maar het is goed denkbaar. In januari schommelde de AEX nog rond deze standen. Op het moment van schrijven is deze butterfly nog steeds voor een redelijke prijs te kopen. Ver boven een prijs van €1,00 wordt hij minder interessant.

Optietip 71

Een week eerder hebben we een callspread calendar op ASML getipt (optietip 71). Daarbij wordt de ASL apr18 170/180 callspread verkocht (short gegaan) en de jun18 170/180 callspread gekocht. Ten tijde van de publicatie kostte deze positie €0,58. Als het aandeel ASML bij de april-expiratie onder €170 staat, loopt de verkochte callspread waardeloos af. Dan is de ontvangen premie binnen. De gekochte juni callspread loopt dan nog zo’n twee maanden door. De waarde die die spread dan krijgt, bepaalt het succes van deze positie.

Het idee is dat ASML de komende paar maanden nog niet echt hard zal oplopen. Een klein risico is de presentatie van de eerste kwartaalcijfers, die op 18 april worden gepubliceerd. Dat is twee dagen voor de april expiratie. Als die cijfers heel positief worden ontvangen, kan de koers boven de €170 uitkomen. Beide spreads worden dan meer waard, maar de april-spread zal sterker met de koers meebewegen dan de juni-spread (meer ‘delta’). Als de april-spread vóór de kwartaalcijfers voor een redelijke prijs gesloten kan worden, is het aantrekkelijk om dit risico weg te nemen.

Optietip 70

Optietip 70 (van 8 februari) bestaat uit een verkochte AEX call, de apr18 575 call, en een gekochte call, de jun18 575 call. Toen kon die positie geopend worden voor €0,85, inmiddels is dit iets minder. Het idee achter deze tip is dat de AEX in april niet boven 575 punten staat. Dus als de AEX de komende twee maanden niet boven het hoogtepunt van januari uitkomt (570,8 punten), is de ontvangen premie voor de april-call binnen.

Om winst te maken, zal de juni-call daarna nog wel een aardige waarde moeten krijgen. Als de AEX tussen eind april en midden juni aardig oploopt (denk aan 560, 570 punten of hoger), zal de positie winst kunnen opleveren. Een groot verlies is eigenlijk niet mogelijk. Als de AEX in april op een zeer hoge stand staat, bijvoorbeeld 600, is er bij de april-call een groot verlies, maar bij de juni-call een grote winst. Alleen als de april call dan gesloten wordt, en de juni call wordt aangehouden, kan er verlies ontstaan. Als de AEX dan namelijk zakt, wordt er verloren op de juni-call.

PRAKTISCHE TIPS

Beleggers die regelmatig in opties beleggen, hebben veel baat bij lage transactiekosten. Er zitten grote verschillen in de kosten die verschillende brokers per transactie rekenen, en het loont zeker de moeite om een broker te zoeken die lage kosten rekent. Ook bieden lang niet alle brokers de mogelijkheid om opties te verhandelen in het buitenland. Zo zijn de opties op Amerikaanse aandelen lang niet overal verkrijgbaar. Een goede broker kiezen is dus belangrijk voor beleggers die actief willen zijn met opties.

Orders

Het verschil tussen de bied- en de laatprijs (de ‘spread’) van een optie kan vrij groot zijn. Daarom is het verstandig om een limietprijs mee te geven met een optie-order. Bestens-orders zijn niet aan te raden. De meeste optietips bevatten een combinatie van verschillende opties. Bij veel brokers kunnen de combinaties als één, gebundelde, transactie gekocht en verkocht worden, een combinatieorder. Voor de kosten maakt dat niets uit, want voor elk onderdeel van de combinatie moeten apart de transactiekosten betaald worden. Maar het voordeel van bundelen in een combinatieorder is dat het zeker is dat alle delen van de combinatie worden uitgevoerd, of geen van alle. Als voor elke afzonderlijke optie een aparte order wordt opgegeven, bestaat de mogelijkheid dat een deel wel, en een deel niet uitgevoerd wordt.