Nederland telde nog nooit zoveel miljonairs, zo blijkt uit recente cijfers van het CBS in samenwerking met Van Lanschot. Het aantal miljonairs steeg in 2014 voor het derde jaar op rij tot een record van 107.700, ruim 14% meer ten opzichte van crisisjaar 2009 toen er 87.700 miljonairs waren. Deze rijken bezitten gemiddeld een vermogen van €3,2 mln en wonen meestal in Amsterdam.
Een groot deel van deze miljonairs heeft dit gerealiseerd door al snel in hun carrière ondernemer te worden, waardoor het niet onlogisch is dat steeds meer mensen ook als ondernemer willen beginnen. ING rekende eind mei voor dat er in het eerste kwartaal van dit jaar 39.000 starters zijn bijgekomen, een toename van 8%. Het is volgens de bank het vierde kwartaal op rij dat het aantal zelfstandigen groeit.
De mensen die zich uiteindelijk weten op te werken tot miljonair zijn daarbij volgens Van Lanschot continu bezig om dit welvaartsniveau vast te houden, iets wat met de huidige lage spaarrente en dalende obligatiekoersen geen sinecure is. Daarom gaan zij steeds vaker op zoek naar alternatieve beleggingen en investeren in niet-beursgenoteerde bedrijven of hobbymatige zaken als oldtimers, whisky, wijn en kunst. Maar ook al heeft iemand hier een passie voor, dan hoeft dit niet te betekenen dat hij er ook verstand van heeft.
Het is deze hebberigheid die mij dwarszit en ik sluit mij aan bij voormalig Robeco-bestuurder Jaap van Duijn, die ervoor pleit dat de miljonairs van Nederland in navolging van de rijken in andere landen hun vermogen voor een deel gaan weggeven. In de Verenigde Staten is het bijvoorbeeld bijna vanzelfsprekend dat rijkelui de (lokale) gemeenschap financieel ondersteunen. Ik denk dat dit uiteindelijk zowel in kapitaal als in gemoedsrust meer oplevert dan investeringen gestoeld op winstbejag.
Lees ook: Credit Suisse schudt lijstje met mediafavorieten op