Beleidswijzigingen onder de regering-Trump en de wereldwijde gevolgen daarvan hadden in de eerste negen maanden van 2025 een merkbare impact op de aandelenmarkten.
Segmenten die eerder floreerden, zoals Amerikaanse technologie- en groeiaandelen, bleven dit jaar tot dusver achter, al is er ondertussen wel sprake van enig herstel. Voor beleggers roept de verschuiving een fundamentele vraag op: zet deze verbreding van het marktleiderschap zich door en worden de markten minder geconcentreerd? Dat is relevant omdat aandelenmarkten zich vaak in langdurige cycli bevinden, die bepalend zijn voor het rendement. Sinds de wereldwijde financiële crisis in 2008 hebben Amerikaanse technologie- en groeiaandelen de toon gezet. Deze dominantie leidde tot een sterke concentratie binnen de aandelenmarkten.
In dat licht lijkt de verbreding die we tot nu toe in 2025 zagen beperkt, maar deze heeft potentieel om verder uit te breiden. Mijn doel is hier niet om een voorkeur uit te spreken voor een specifiek scenario. Wel is het raadzaam dat beleggers hun portefeuilles positioneren met oog voor uiteenlopende uitkomsten, gezien de vele onzekerheden in de wereldeconomie.
Gespreid en flexibel
Zo’n alternatief bestaat uit het opbouwen van een kernportefeuille die wereldwijd gespreid en flexibel is, ongeacht de heersende marktcyclus. De portefeuille wordt dan opgebouwd op basis van individuele bedrijven, zonder systematische voorkeuren voor stijl of factoren, en is niet afhankelijk van binaire top-downscenario’s, maar volgt de sterkste overtuigingen op de lange termijn.
Door geen beperkingen op te leggen qua geografie, sector of stijl, ontstaat ruimte voor dynamische herpositionering en het benutten van mogelijkheden die voortvloeien uit nieuwe cycli op de markten of in de economie. De stijl van de portefeuille evolueert dan organisch mee met het beleggingsproces.
Multinationals
Een benadering die daarbij het overwegen waard is, met het oog op kapitaalgroei op de lange termijn, is beleggen in een breed spectrum van multinationals. Dat gaat van gevestigde wereldspelers tot potentiële wereldwijde kampioenen. Multinationals met flexibele, multilokale bedrijfsmodellen zijn goed gepositioneerd om met onzekerheden om te gaan. Ze kunnen hun bedrijfsvoering aanpassen, hun inkomstenstromen spreiden en hun beleid lokaal optimaliseren.
Door regionale mogelijkheden te benutten en in te spelen op lokale behoeften, kunnen ze groei realiseren in een complexe wereldwijde context. Vaak beschikken ze over ervaren managementteams die gewend zijn met tegenslagen om te gaan. In het huidige klimaat van geopolitieke spanningen en handelsconflicten is toegang tot verschillende regionale eindmarkten en flexibele toeleveringsketens bijzonder waardevol.
Lange horizon
Een belangrijke troef voor beleggers is een lange beleggingshorizon. Die maakt het mogelijk om voorbij de ruis op de korte termijn te kijken en zich te richten op de kerncijfers op lange termijn. Pogingen om keerpunten in de markt te timen zijn riskant, want niemand kan de marktbewegingen op de korte termijn betrouwbaar voorspellen. En wie aan de zijlijn blijft, mist mogelijk periodes van sterk herstel.
Elke daling van de S&P 500 met 15% of meer tussen 1929 en 2024 werd gevolgd door een herstel. Het gemiddelde rendement in het eerste jaar na zo’n daling bedroeg 52%. Zelfs het missen van enkele handelsdagen kan een groot verschil maken. Een hypothetische investering van $1000 in de S&P 500 in 2014 zou eind 2024 zijn gegroeid tot $2869. Wie de tien beste handelsdagen miste, eindigde met slechts $1571, een verschil van 45%.
De ontwikkelingen in 2025 kunnen het begin markeren van een nieuwe marktcyclus. Toch is het nog te vroeg om te concluderen dat er sprake is van een nieuw langetermijnregime dat het toekomstige marktleiderschap op de aandelenmarkten zal vormgeven. In afwachting daarvan kunnen beleggers een wereldwijde, flexibele en gespreide portefeuille beschouwen als een solide uitgangspunt voor aandelenbeleggingen in een veranderende marktomgeving.