Het EUR/USD-valutapaar heeft er een bewogen week op zitten. De nieuwe voorzitter van de Amerikaanse Fed liet in zijn eerste officiële speech weten dat vier renteverhogingen dit jaar niet zijn uitgesloten. Dit was niet de verwachting en ook geen goed nieuws voor de aandelen- en obligatiemarkten. Wanneer de markten risicomijdend worden, is een vlucht naar de Amerikaanse dollar en de Japanse yen een klassieke reactie. Dit was vorige week niet anders. De EUR/USD daalde naar 1,215; het laagste niveau sinds begin 2018.
Correctie van korte duur
De correctie was geen lang leven beschoren, want president Trump dirigeerde de dollar weer lager. De aangekondigde importheffingen dreigen een handelsoorlog te ontketenen waar de dollar zeker niet beter van zal worden. Het EUR/USD-paar herstelde bijgevolg snel naar 1,23. De mogelijk ongunstige impact van de politieke situatie in Italië werd gecompenseerd door een politiek akkoord in Duitsland. Deze week is het uitkijken naar het arbeidsmarktrapport in de VS en dan met name de ontwikkeling van de uurlonen. Ook de monetaire vergadering van de ECB kan de valutamarkten in beweging zetten. De euro is op basis van koopkrachtpariteiten nog steeds ondergewaardeerd. Toch is dit geen garantie voor een verdere stijging van de EUR/USD. Op 1,25 ligt namelijk een taaie technische weerstand.