Donderdag 14 september werd een iets hoger inflatiecijfer bekend dan waarop gerekend werd: 1,9% tegen de verwachte 1,8% en een eerdere 1,7%. Het gaat bij die 1,9% om het septembercijfer vergeleken met een jaar eerder. De naderende Fed-bijeenkomst van afgelopen woensdag (na de deadline van het blad) waarop een besluit werd genomen over de kortetermijngeldmarkttarieven, voedden de markten in hun verwachtingen dat de rente zal gaan stijgen. De tienjaarsrente liep van 2,19% op donderdag op naar 2,23% op maandag. Hij was nog 2,04% op 7 september. Als gevolg van deze stijging werden de tienjaarsrentes van de kerneurolanden mee omhoog getrokken (door vraagverschuiving naar de VS). In Zuid-Europa, met haar hogere tienjaarsrentes was de reactie veel geringer. In Portugal daalde de rente zelfs, doordat ratingbureau Standard & Poor’s de status van junk van Portugal ophief en verhoogde tot investment grade.
In de VS lijkt de reactie overdreven. De kerninflatie (zonder voedsel- en olieprijzen) bleef 1,7%. Bovendien waren de lonen – de voornaamste aanjager van inflatie – minder gestegen. De Fed zal haar rentes dus waarschijnlijk niet verhogen en hooguit informatie verstrekken over hoe zij haar ruime geldmarktbeleid gaat aanpassen. Dit kan weer tot lagere rentes leiden.
Wie mag dit artikel niet missen? U kunt als abonnee dit artikel cadeau geven aan uw vrienden of familie. Klik bovenaan het artikel op de link en het artikel wordt per e-mail doorgestuurd.