Philip Idenburg (51) heeft jaren in de financiële dienstverlening gewerkt en is nu managing partner bij strategie- en innovatiebureau Be Bright. Beleggen is hem met de paplepel ingegoten.
Waarom bent u met beleggen begonnen?
‘Mijn betovergrootvader J.B. Aug Kessler was de eerste president-commissaris van Shell. Zodoende zaten er de nodige aandelen van het bedrijf bij ons in de familie. Zo rond m’n 20ste kreeg ik van m’n ouders daar een plukje van als startpunt van m’n portefeuille. Naast Shell waren dat trouwens ook wat stukken Dordtsche Petroleum, dat later in Shell is opgegaan.’
Waarom bent u nu een actieve belegger?
‘Geld op de bank is nu geen optie. Daarnaast is beleggen me min of meer met de paplepel ingegoten. Ik heb jaren in de financiële sector gewerkt, onder meer bij Robeco en de Rabobank. Vanuit mijn visie daar op vastgoed zag ik de bubbel op de huizenmarkt en verkocht begin 2008 mijn woning, al verklaarde iedereen me toen voor gek. De opbrengst heb ik geïnvesteerd in m’n eigen bedrijf en ook weer in aandelen.’
Wat was uw grootste succes?
‘Over de lange termijn bezien zijn Shell en Pepsi wel m’n pareltjes. Maar ik heb ook leuke ritjes gemaakt in techfondsen zoals Microsoft en Apple.’
Wat was uw grootste teleurstelling?
‘Dat was Zurich Financial Services, een bedrijf waar ik nota bene zelf gewerkt heb. Zurich Financial deed in de jaren ’90 overname na overname en het aandeel ging als een raket. Maar onderliggend klopte het niet. In 2001 barstte de bom en verloor het aandeel in een jaar 66% van zijn waarde. Ik zat er met m’n neus bovenop en dacht dat ik het bedrijf goed kende, maar toch ging het fout.’
Hoeveel tijd besteedt u aan beleggen?
‘Als het om m’n portefeuille gaat: hooguit een kwartiertje per dag. Wel steek ik veel tijd in het nauwkeurig volgen en analyseren van de economie. Gerelateerd ook aan maatschappelijke ontwikkelingen, zoals de vergrijzende samenleving en technologische veranderingen.’
Wat is uw beleggingsstijl?
‘Ik ben geen trader maar richt me op de lange termijn. 20% Van mijn portefeuille zit in aandelen, 60% in redelijk stabiele fondsen en de overige 20% is meer speculatief. Daar mag ik wat actiever mee spelen; in de praktijk een paar transacties per maand.’
Wat is uw grootste ergernis?
‘Ik heb een hekel aan de macho-borrelpraat waarin mensen hoog opgeven over hun geweldige rendementen. Dat is namelijk statistisch aantoonbare onzin. Er zijn maar een paar beleggers ter wereld die een superieur trackrecord kunnen overleggen. Handelen in aandelen is winnen én verliezen. Maar mensen zijn geneigd de successen uit te vergroten en de tegenvallers maar liever te vergeten. Inclusief ikzelf.’
Welke belegger bewondert u het meest?
‘Martien van Winden, oprichter en beheerder van beleggingsfonds Hoofbosch. Ik heb hem ooit professioneel ontmoet. Martien is een erg goede analist, die vooral kijkt naar de onderliggende waarden in economische zin. Hij is een strategische denker, begrijpt echt hoe het in elkaar steekt.’
Wat verwacht u de komende tijd van de beurs?
‘Aan een voorspelling van de AEX-stand over zes maanden waag ik me niet. Wel weet ik dat Nederland economisch gezien de verkeerde plek in de wereld is. De arbeidsproductiviteit blijft laag vanwege de vergrijzing en zolang we geen toestroom van buiten toelaten. Ik was onlangs in Australië en ben daar onder de indruk geraakt van de stabiele economie, die al enkele jaren consequent met ruim 2% groeit. Het land is rijk aan grondstoffen en aan ruimte is geen gebrek. Het kan een interessante groeimarkt zijn, veiliger en stabieler dan veel landen in Azië.’
Welke tip hebt u voor andere beleggers?
‘Als je begint met beleggen, doe dat dan in een beperkt aantal stabiele fondsen. Volg die actief en probeer zoveel mogelijk informatie te vergaren. Je moet de markt waarin je opereert echt begrijpen en doorzien, anders is het toch een beetje die aap die met pijltjes gooit.’
Lees ook: Belegger van de week: Robin ten Haaf