Dat één sector de Amerikaanse beurs domineert is bekend. Maar ook in Europa neemt de sectorconcentratie toe. Hier winnen echter niet de techaandelen, maar aandelen van de oude economie terrein.
Al vaker is de toenemende invloed van een klein aantal megacaps, zoals de FAANG en de Magnificent 7, op de Amerikaanse beurs in deze rubriek aan de orde gekomen. Niet alle Magnificent 7-aandelen komen uit de technologiesector. Alphabet en Meta Platforms huizen in de sector Communicatiediensten terwijl Amazon en Tesla prominente leden van de sector Discretionaire Consumentenbestedingen zijn. De naar beurswaarde gemeten drie grootste aandelen uit de S&P 500 Index – Nvidia, Microsoft en Apple – zijn echter wel degelijk technologie-aandelen en ook nummer zeven Broadcom maakt deel uit van deze index.
Over de afgelopen drie jaar presteerden de sectoren Communicatiediensten en Technologie met koerswinsten van zo’n 157% niet alleen het beste van alle elf hoofdsectoren maar ook nog eens bijna twee zo goed als de S&P 500. Als gevolg van die grote koerswinsten is ook het belang van de sector in de brede index almaar verder opgelopen. Tien jaar geleden lag de weging van de Technologiesector in de S&P 500 nog op zo’n 20%, maar inmiddels telt deze sector voor bijna 33,5% mee in de index.
Op gepaste afstand volgt de nummer twee, Financials, met een weging van net geen 14%. Niet alleen J.P. Morgan Chase, maar ook Warren Buffetts conglomeraat Berkshire Hathaway maakt deel uit de deze sector. Bij elkaar opgeteld zijn Technologie en Financials nu goed voor een weging van ruim 47% in de S&P 500. Een dergelijk grote sectorconcentratie lijkt misschien een typisch Amerikaans fenomeen, maar niets is minder waar. Ook de Europese markt heeft er mee te maken.
Banken en defensie
De GRANOLAS spelen hier echter geen rol bij. GRANOLAS is een inmiddels al weer volkomen vergeten acroniem voor een elftal Europese aandelen dat in 2020 door Goldman Sachs werd geïntroduceerd als Europees antwoord op de FAANG, de voorganger van de Magnificent 7. De GRANOLAS bestonden uit farmaceuten (AstraZeneca, GSK, Novartis, Novo Nordisk, Roche en Sanofi), technologiebedrijven (ASML en SAP) en het drietal Nestlé, L’Oréal en LVMH. De afgelopen jaren hebben echter hele andere sectoren en aandelen de Europese markt gedomineerd.
Financials en industrie domineren Europese aandelenmarkt
Met een koerswinst van respectievelijk bijna 100 en ruim 92% bleven Financials en Industrie-aandelen de afgelopen drie jaar de andere negen namelijk ver voor. Beleggers zijn er achter gekomen dat het ‘verhaal van de Europese aandelenmarkt meer omvat dan ASML en luxe goederen, schreef UBS dan ook recent. Door de sterke koersprestatie is de gezamenlijke weging van deze beide sectoren in de MSCI Europe Index opgelopen tot bijna 43%.
Wel is er met die twee uitblinkende Europese sectoren iets opmerkelijks aan de hand, constateert de bank. Afgezet tegen de markt als geheel ligt de waardering van bankaandelen nu namelijk zelfs lager dan voor de kredietcrisis. Aandelen van ‘industrials’, onder aanvoering van de defensiebedrijven, zijn daarentegen nog nooit zo hoog gewaardeerd geweest ten opzichte van de MSCI Europe Index als nu. Beide sectoren blijven volgens UBS aantrekkelijk. Bankaandelen verdienen een hogere waardering daar waar de hoger gewaardeerde Industrials het van aanhoudende winstgroei moeten hebben. Als tegenwicht voor dit meer cyclische duo raadt UBS echter ook posities in de defensievere sectoren Nuts en Telecom aan en daar valt wel wat voor te zeggen.