De Japanse Nikkei Index topte afgelopen maandag intraday op een stand van 33.853. Hiermee werd het hoogste punt sinds maart 1990 bereikt.
Overigens zijn we daarmee nog altijd 15% verwijderd van de all time high van 29 december 1989. Toen stond de Nikkei zelfs op 38.957. De beurswaarde van de Japanse aandelen bedroeg toen 45% van het wereldwijde totaal en ruim meer dan nummer twee de Verenigde Staten, dat ‘slechts’ instond voor 33% van het wereldwijde totaal. Tussendoor daalde de Nikkei tot wel 80% op 9 maart 2009 met een stand van 7055,77.
De berekening van de stand vindt sinds 1970 plaats door de krant waaraan de index haar naam ontleent: Nihon Keizai Shimbun (vrij vertaald: Japans Economisch Dagblad). Bij rendementsberekeningen van de Nikkei moeten we er wel rekening mee houden dat de Nikkei, net als de Dow Jones, een prijsgewogen index is: de koersen van alle 225 aandelen worden bij elkaar opgeteld. Aandelen met een te hoge koers krijgen een correctiefactor om niet te zwaar mee te wegen in het koersverloop van de Nikkei. Uitgekeerd dividend gaat dus van de koersen af: het betreft geen herbeleggingsindex. Dat vertekent het (negatieve) koersbeeld zeker op lange termijn.
Dit jaar wint de Nikkei al 29,8%. Tegelijkertijd is de Japanse yen 13,1% verzwakt ten opzichte van de euro, mede door de lage rentes in Japan. In euro’s resteert er een koerswinst van 12,9%. Dat is nog steeds beter dan bijvoorbeeld de 8,4% van AEX. In beide gevallen ligt het totaalrendement iets hoger door dividenduitkeringen.