Beleggers Belangen Live

Bel20 scherpt record aan tot ruim 4.800 punten

(ABM FN) De Brusselse beurs heeft de opwaartse beweging die het medio juni inzette, afgelopen week een vervolg gegeven en wist daardoor zijn kersverse record aan te scherpen tot ruim 4.800 punten.

Op een slot van 4.848 punten op vrijdag won de Bel20 op weekbasis 1,6 procent. Een week eerder wist de sterindex al een nieuwe ‘all time high’ te bereiken op 4.779 punten.

Vanuit de marktenzaal van KBC werd onder meer gewezen op de sectorrotatie die gaande is, waarbij Amerikaanse technologie-aandelen in de verkoop gaan en het geld naar Europese achterblijvers stroomt.

Geopolitiek domineerde het begin van de beursweek. Na een ontmoeting tussen de Amerikaanse president Donald Trump en de Russische leider Vladimir Poetin op vrijdag in Alaska, volgde maandag een top in het Witte Huis, met Trump en de Oekraïense president Zelensky, maar ook een aantal Europese leiders en de NAVO-topman.

Er werd onder meer gesproken over veiligheidsgaranties voor Oekraïne bij een eventueel vredesakkoord, in de vorm van militaire troepen. Die zouden vooral uit Europa komen, terwijl Amerika met name  logistieke ondersteuning zou bieden. Ook vindt er binnenkort mogelijk een ontmoeting tussen Zelensky en Poetin plaats, hoewel de locatie nog onduidelijk is. De Zwitserse stad Genève wordt genoemd als optie.

Cruciaal voor een vredesakkoord is dat Rusland akkoord gaat met de veiligheidsgaranties. Een rode lijn voor Moskou is dat Oekraïne lid wordt van de NAVO. Andersom moet Oekraïne mogelijk de oostenlijk gelegen Donbas-regio opgeven, iets dat ook op veel weerstand kan rekenen. Daarnaast zou Poetin tegen westerse troepen in Oekraïne zijn, zo meldde Reuters op basis van de gesprekken die de Russische leider met Trump in Alaska voerde.

“Terwijl hij zijn ambitie voor een Nobelprijs voor de Vrede nastreeft, speelt Trump poker met het geld van het huis en het land van Oekraïne”, aldus Rabobank terwijl het streven van de EU over “strategische autonomie” meer lijkt op ‘de keizer zonder kleren’, oftewel: het blok denkt gezag te hebben, dat feitelijk niets voorstelt.

Vanaf woensdag draaide het sentiment vooral om de Federal Reserve. Eerst met de notulen van het laatste rentebesluit, die een groeiende verdeeldheid toonden bij de centrale bank.

Eind juli stemden de bestuurders Michelle Bowman en Christopher Waller voor een renteverlaging van 25 basispunten. Het was de eerste keer sinds 1993 dat twee stemgerechtigde leden van het beleidscomité dissident waren.

De notulen schetsten een beeld van een beleidscomité dat steeds meer verdeeld is door de tegenstrijdige signalen die het uit de markt krijgt. Terwijl sommige Fed-bestuurders stelden meer tijd nodig te hebben om duidelijkheid te krijgen over de impact van [handels]tarieven op de inflatie, zeiden anderen dat wachten op duidelijkheid “niet haalbaar of gepast” zou zijn.

Volgens econoom Bernard Keppenne van CBC Banque toonden de Fed-notulen dat de centrale bank moeite heeft om de werkelijke impact van de tariefverhoging te begrijpen. Bovendien komt de centrale bank in de toekomst mogelijk voor moeilijke afwegingen te staan als de hoge inflatie aanhoudt, terwijl de vooruitzichten voor de arbeidsmarkt verslechteren.

“Dit alles komt op een moment dat Trump herhaaldelijk bij de Fed heeft aangedrongen op een verlaging van de rente en voormalig gouverneur Adriana Kugler heeft vervangen door Stephen Miran”, aldus Keppenne.

“En alsof dat nog niet genoeg was, heeft Trump Fed-gouverneur Lisa Cook verzocht om ontslag te nemen bij de centrale bank vanwege beschuldigingen van wangedrag in verband met hypotheken op onroerend goed dat zij bezit in Georgia en Michigan”, aldus de expert van CBC Banque. Vrijdag dreigde Trump zelfs om Cook zelf te ontslaan als ze niet vrijwillig op zou stappen.

Deze klappen verzwakken de Fed en trekken indirect haar onafhankelijkheid in twijfel, meent Keppenne. Die onafhankelijkheid is volgens de econoom “een essentieel principe” voor het behoud van het hele financiële systeem.

Powell opent deur naar renteverlaging

Richting het weekend was er vooral aandacht voor het jaarlijkse symposium voor centrale banken in Jackson Hole in Wyoming.

In een toespraak op vrijdag opende Fed-voorzitter Jerome Powell de deur naar een renteverlaging in september.

Powell uitte zijn bezorgdheid over de verzwakking van de Amerikaanse arbeidsmarkt en verklaarde dat de risico’s “lijken te verschuiven”.

De Fed-voorzitter bleef echter ook bezorgd over de inflatierisico’s en dus lijkt agressiever ingrijpen door de Fed, middels een renteverlaging van 50 basispunten, uitgesloten.

Keppenne vond Powell “uiterst voorzichtig”, met een toespeling op een mogelijke renteverlaging tijdens de vergadering in september, zonder zich hieraan te committeren.

“En bovenal wees hij op de toenemende risico’s voor de arbeidsmarkt, terwijl hij verklaarde dat het risico op hogere inflatie blijft bestaan. Er tekent zich dus een scenario van stagflatie af”, aldus de econoom van CBC Banque.

Volgens gegevens van CME schatten de Amerikaanse geldmarkten de kans op een renteverlaging in september nu op 89 procent.

Volgens Frank Vranken van Bank Edmond de Rothschild zijn renteverlagingen “absoluut noodzakelijk” om de aandelenmarkt te ondersteunen. En renteverlagingen zijn volgens de beleggingsstrateeg ook hoognodig om de Amerikaanse staatsschuld betaalbaar te houden.

Mondiale industrie veert op ondanks importheffingen

De Europese Unie en Verenigde Staten hebben afgelopen week meer details gedeeld over de vorige maand aangekondigde handelsafspraken. Zo werd onder meer afgesproken dat de heffingen voor de Europese Unie ook voor auto’s, halfgeleiders, farmaceutica en hout niet boven 15 procent zullen komen.

Volgens analist Barry van der Laan van Monex Europe betekent het akkoord een aanzienlijke verslechtering ten opzichte van de situatie vóór de tariefverhogingen.

“Het akkoord leest eerder als een politiek compromis dan als een duurzaam verdrag. Met open eindjes bij auto’s, staal en landbouw blijft het risico op nieuwe spanningen groot. Voor nu geldt dat escalatie is voorkomen, maar de duidelijkheid is broos en de afhankelijkheid van de VS pijnlijk zichtbaar”, volgens Van der Laan.

Uit de samengestelde inkoopmanagersindices bleek verder dat in zowel de eurozone als de VS de industrie in augustus weer groeide, terwijl de dienstensector een groeivertraging liet zien.

“Het wordt beter”, zei econoom Cyrus de la Rubia van Hamburg Commercial Bank over de eurozone. “Ondanks tegenwind, zoals Amerikaanse importheffingen en algehele onzekerheid, lijken bedrijven in de eurozone er tamelijk goed mee om te gaan.”  

Econoom Chris Williamson van S&P Global waarschuwde intussen voor de stijging van de verkoopprijzen voor goederen en diensten in de VS, die suggereert dat de consumentenprijsinflatie de komende maanden verder zal stijgen tot boven de doelstelling van 2 procent van de Fed.

“In combinatie met de opleving van de bedrijfsactiviteit en de werkgelegenheid wijst de prijsstijging die uit de enquête naar voren komt erop dat de PMI-gegevens eerder in de richting van een renteverhoging dan van een renteverlaging wijzen, gezien de historische relatie tussen deze economische indicatoren en beleidswijzigingen van het Fed”, aldus de econoom.

De euro noteerde vrijdagavond op ruim 1,17 dollar, gesteund door de verzwakking van de dollar na de Jackson Hole-toespraak van Powell. Economen van ING sluiten een stijging naar 1,20 richting het einde van het jaar niet uit als de Fed de rente de komende maanden inderdaad meermaals zal verlagen.

De olieprijzen stegen op weekbasis met meer dan 2 procent, gesteund door een daling van de Amerikaanse olievoorraden.