Boskalis maakte vrijdag (8 juli) bekend dat de aangekondigde studie naar zogenoemde vlootrationalisatie is afgerond. De komende twee jaar zullen 24 vaartuigen uit de vaart worden genomen: 10 baggerschepen en 14 schepen die onder de divisie Offshore Energy vallen.
De 24 vaartuigen zullen worden gesloopt, verkocht of aan de ketting gelegd. Als gevolg hiervan zullen ook 650 arbeidsplaatsen (8% van het totaal) verdwijnen. Gemiddeld zijn de afgeschreven vaartuigen ruim 30 jaar oud. Van de uit de vaart te nemen baggerschepen worden er waarschijnlijk twee of drie opgelegd, wat betekent dat ze als de markt aantrekt weer in de vaart komen. Van de 14 schepen van Offshore Energy worden er vier of vijf opgelegd.
Boskalis heeft de afgelopen jaren een aantal kleine hoppers aan zijn vloot toegevoegd en begin dit jaar de baggeractiviteiten van STRABAG overgenomen, die ook twee kleine hoppers van 7350 m3 opleverden. Volgend jaar wordt een megacutter (23.700 kW) opgeleverd. Per saldo zal de capaciteit niet veel veranderen.
Lager werkvolume komende jaren
Dat de markten waarop Boskalis actief is er minder goed bijliggen, is genoegzaam bekend. Wij hebben al vaker gewezen op de lagere activiteit op de baggermarkt en de druk op de offshore-activiteiten door de lage olieprijs en de lagere investeringen van olie- en gasbedrijven wereldwijd. Boskalis geeft aan dat het werkvolume in de markt flink is afgenomen, waardoor de bezetting van de schepen onder druk is komen te staan.
De vlootrationalisatie is noodzakelijk omdat de baggeraar deze marktsituatie ook voor de komende 1,5-2 jaar verwacht. Enkele weken geleden liet concurrent Jan De Nul nog weten evenmin positief te zijn over de markt. De aanbestedingen worden kleiner en de concurrentie van het Chinese Chec wordt steeds meer merkbaar. Nu is Jan De Nul ook bij uitstek een baggeraar voor grote werken, terwijl Boskalis zich ook meer is gaan toeleggen op kleinere projecten.
Wij verwachten de komende 12-18 maanden nog geen substantiële verbetering van de offshore en baggermarkt.
