Inkomsten vergroten met ETF die belegt in Amerikaanse preferente aandelen

In de onderliggende index van de Invesco Preferred Shares ETF zitten circa 250 preferente aandelen uit de VS, waarbij het gewicht van een individueel aandeel is beperkt tot 10%. Het zijn vooral banken en verzekeraars (circa 80%) die deze instrumenten uitgeven, gevolgd door nutsbedrijven (10%) en de industrie (10%). De preferente aandelen keren een vast dividendpercentage uit op basis van de nominale waarde en hebben een eeuwigdurende looptijd. Vaak is er dan wel de optie om de prefs vervroegd af te lossen. Het dividend kan cumulatief zijn. Dat wil zeggen dat wanneer de uitkering in moeilijke tijden wordt geschrapt, het recht op dividend blijft bestaan.

Hoewel preferente aandelen onderdeel zijn van het eigen vermogen, vertonen ze eigenschappen die sterk lijken op die van obligaties. Dit komt door het vaste dividendpercentage, wat zorgt voor een voorspelbare inkomstenstroom, vergelijkbaar met rente-inkomsten uit obligaties. Daarnaast hebben preferente aandeelhouders voorrang boven gewone aandeelhouders bij zowel dividenduitkeringen als bij de verdeling van activa bij een liquidatie. Tegelijkertijd zijn ze achtergesteld ten opzichte van alle uitstaande obligaties van het bedrijf, ongeacht of het gaat om senior- of achtergestelde leningen. Als compensatie voor dit extra risico bieden preferente aandelen doorgaans een hoger rendement dan bedrijfsobligaties.

Rentegevoelig

Wie een jaar geleden in deze ETF stapte, had een dividendrendement kunnen opstrijken van 5,4%. Het geschatte effectieve rendement ligt op 6,7% en rekening houdend met mogelijke vervroegde aflossingen ligt de yield op 6,2%. Bovenop het aantrekkelijke dividend kunnen beleggers ook profiteren van tussentijdse koersbewegingen. Vanwege de lange looptijd zijn de prefs namelijk erg rentegevoelig. In 2022 verloor de ETF bijna 22% nadat de Federal Reserve de beleidsrente fors optrok van bijna nul naar 4,25-4,50% aan het einde van het jaar. Zodoende schoot ook de Amerikaanse tienjaarsrente de lucht in en dat leverde voor de ETF koersverlies op. Het tegenovergestelde zagen we in 2019, toen de Fed de rente enkele keren verlaagde en de ETF een positief totaalrendement boekte van 16,4%.

Dit jaar zijn renteverlagingen door de Amerikaanse centrale bank voorlopig in de wacht gezet, in afwachting van de gevolgen van de hogere importtarieven op de inflatie. De markt rekent niettemin op twee verlagingen dit jaar en als de inflatie niet aantrekt zouden er volgend jaar meerdere rentestappen kunnen volgen. Voor deze ETF zou dat goed uitpakken. Mocht het rustig blijven aan het rentefront dan zal het koersverloop van de ETF geen grote uitslagen laten zien. Banken staan er in financieel opzicht veel beter voor dan voor de kredietcrisis en de uitgevende instellingen hebben een gemiddelde ‘BBB’ investment grade rating.

Ondertussen strijken beleggers een mooi dividend op. De Amerikaanse dollar heeft het slechtste halfjaar achter de rug sinds 1973 en een verdere verzwakking is een duidelijk risico voor deze ETF. Aan de andere kant is een positie in de dollar op deze niveaus op de langere termijn waarschijnlijk best interessant, ervan uitgaande dat de Amerikaanse economie harder blijft groeien dan de Europese en de dollar de reservevaluta van de wereld blijft.