Kempen Global High Dividend Fund: ‘Onze fondsen doen het duidelijk beter dan de benchmark’
Samen met vijf collega’s beheert Jorik van den Bos het Kempen Global High Dividend Fund (KGHDF) en het Kempen European High Dividend Fund (KEHDF). Primaire doelstelling van beide fondsen is om op lange termijn een structureel beter rendement te realiseren dan respectievelijk de MSCI World Total Return Index en de MSCI Europe Total Return Index.
Van den Bos is iemand die graag ‘out of the box’ denkt. Zo laat hij zich inspireren door de ‘mental models’ van Charlie Munger, de rechterhand van Warren Buffett, die hem helpen over de lange termijn na te denken en beleggingsbeslissingen te nemen op basis van andere argumenten dan alleen de laatste beurskoers.
Wat is precies de dividendstrategie van Kempen?
‘Bij de aandelenselectie baseren wij ons op het Earnings Power Value (EPV)-raamwerk van de Columbia Business School. Hierbij worden drie waardecomponenten onderscheiden: de activa, het winstgenererende vermogen van de onderneming en het groeipotentieel. In beginsel proberen we ondernemingen te vinden die gekocht kunnen worden onder de intrinsieke waarde. Dit is conform de strategie van Benjamin Graham, de leermeester van Warren Buffett. Vervolgens schatten wij de zogeheten franchise value in, de waarde van het huidige concurrentievoordeel. Hierbij nemen we de omzet en plakken daar een genormaliseerde marge op. Ingebakken in ons denkraam is daarnaast de analyse van de ‘moat’, oftewel het houdbare concurrentievoordeel van de onderneming. Dit kan bijvoorbeeld een patent zijn of een bepaalde hub bij vliegtuigmaatschappijen. De moat bepaalt het winstgenererende vermogen van de onderneming en daarmee de houdbaarheid van het dividend. Voor het groeipotentieel, het rendement van de extra investeringen die gedaan kunnen worden binnen de franchise, willen wij niet te veel betalen, hooguit 20% van de totale waarde. Het gat tussen onze conservatief ingeschatte intrinsieke waarde en de beurskoers zien wij als een veiligheidsmarge.’
U selecteert op dividendrendement?
‘Wij zoeken naar bedrijven die een houdbaar hoog dividend kunnen uitkeren. Fondsen met een hoog dividendrendement vanwege een lage beurskoers en een zwak bedrijfsmodel filteren wij eruit. Voor het KGHDF hanteren wij een ondergrens van 3,3% dividendrendement op moment van eerste aankoop. Bij het KEHDF ligt de grens op minimaal 2,75%. Zodra het verwachte dividendrendement daalt onder de grens van 3% respectievelijk 2,5%, verkopen wij de aandelen. Dit beperkt het risico op overwaardering. Elk kwartaal maken wij een herweging door wat koersstijgers te verkopen en koersdalers bij te kopen. Kenmerk van de fondsen is namelijk dat alle individuele fondsen min of meer gelijk gewogen zijn, wat bijdraagt aan een betere verhouding tussen rendement en risico. Wij hebben niet de illusie de markt kunnen timen. Waar wij in goed in zijn, is sterke bedrijven selecteren die onderling weinig correlatie kennen, en tegelijk de spreiding qua sector en geografie in het oog houden. Dat betekent heel goed je huiswerk doen om de bedrijven individueel te analyseren. De vrije kasstroom bepaalt de winstuitkering, en we kijken ook nadrukkelijk naar de balanspositie om het risico op dividendverlagingen zo gering mogelijk te houden. De beide dividendfondsen streven er naar om alle ontvangen dividenden netto uit te keren. De fondsen keren zelf per kwartaal dividend uit.’
Hoe zien de beide portefeuilles eruit?
‘Het KGHDF bevat circa 100 beleggingen. Geografisch gezien maken de VS 22,1% van het belegd vermogen uit, gevolgd door 12,9% in het VK en 6,6% in Nederland. Financiële waarden zijn goed voor 31,7% van het totaal. Dit kan weer worden onderverdeeld in banken, verzekeraars en vastgoed. Verder zitten wij sterk in telecommunicatie (12,6%), olie & gas (10,3%), basismaterialen (10%) en nutsbedrijven (9%). De gemiddelde koers-winstverhouding van de aandelen in het KGHDF lag per 31 augustus 2017 op 13,7, een stuk lager dan de 19,3 voor de benchmark. Voor het KEHDF, dat 54 aandelen bevat, ligt de koers-winstverhouding op 15,5, tegen 17,8 voor de benchmark. Het KGHDF heeft een totale omvang van ruim €1,3 mrd, tegen ruim €750 mln voor de Europese variant. Wij hebben nog de nodige ruimte om te groeien qua nieuw uit te geven aandelen, maar er is binnen Kempen een grens bepaald van €2,5-3,0 mrd voor het KGHDF en rond €1,5 mrd voor het KEHDF. Dit is belangrijk om te kunnen blijven beleggen in de voor ons interessante, vaak middelgrote, bedrijven. Uiteraard is er een bepaalde overlap qua Europese invulling in beide fondsen.
Wat zijn de prestaties concreet?
‘Vorig jaar en ook dit jaar doen we het duidelijk beter dan de benchmark, en zitten in de top van concurrerende fondsen. Over de eerste acht maanden van het jaar bedraagt het totale nettorendement van het KEHDF 6,5%, een vol procentpunt meer dan de benchmark. Het KGHDF staat 1,8% in de plus, tegen 0,7% voor de benchmark. Over de afgelopen vijf jaar liggen beide fondsen licht achter op de benchmark. De beurs is over deze periode ook flink gestegen, en wij zitten niet in bedrijven als Netflix of Google. Voor het KGHDF verwachten wij dit jaar niettemin een dividendrendement van circa 4,8% uit te keren en voor de Europese tegenhanger circa 4,4%. Dit zijn dus ook de gemiddelde dividendrendementen van onze bedrijven. Ter vergelijking, de MSCI World Total Return Net Index biedt een gemiddeld dividendrendement van 2,4% en de MSCI Europe Total Return Index 3,3%.
’
Wat verwacht u van de beurs?
‘Zoals gezegd, wij denken niet de toekomst te kunnen voorspellen. Ook wij worden geconfronteerd met de hoge waarderingen op de aandelenmarkten, maar zien nog steeds aantrekkelijke beleggingen die voldoende verwacht rendement bieden.’
Wie mag dit artikel niet missen? U kunt als abonnee dit artikel cadeau geven aan uw vrienden of familie. Klik bovenaan het artikel op de link en het artikel wordt per e-mail doorgestuurd.