De zeven grootste beleggingsblunders onder de loep

Het is een algemeen aanvaarde wijsheid dat je van je fouten kunt leren. Vaak maken we fouten echter zonder dat we het doorhebben. De helft ervan wordt erdoor veroorzaakt dat we voelen wanneer we zouden moeten denken en denken wanneer we zouden moeten voelen. Hieronder zetten we de zeven grootste beleggingsblunders uiteen.

Geleend geld

Beleggen doe je idealiter alleen met geld dat je voor langere tijd kunt missen. Aandelen kunnen soms zeer volatiel zijn. Als je op een moment van grote beursturbulentie je geld nodig hebt, krijg je er vaak geen goede prijs voor. Nog erger is het als je voor je beleggingen hebt geleend. Dan blijf je misschien wel zitten met een restschuld, in plaats van op de lening te verdienen.

Snel rijk willen worden

Met de huidige rente word je van sparen niet snel rijk. Met aandelen gaat dat een stuk sneller. Niettemin is beleggen een proces van lange adem. Als je wilt dat je geld voor je werkt, koop dan kwalitatief sterke dividendaandelen en cash je dividenden niet. Als je met het dividend nieuwe aandelen koopt, maak je optimaal gebruik van het rente-op-rente-effect en bouw je sneller vermogen op.

Te weinig spreiding

Als je naar het vermogen van superrijken kijkt, dan zie je dat hun beleggingen behoorlijk geconcentreerd zijn. Het overgrote deel van hun belegd vermogen zit in bedrijven die ze zelf hebben opgericht. Als je die ondernemingen door en door kent, kan dat een wijs besluit zijn. Een hoge concentratie in een beperkt aantal aandelen is echter potentieel gevaarlijk. Het zal je maar gebeuren dat het bedrijf waarin je belegt failliet gaat. Spreid daarom je aandelenkapitaal minimaal over 15 à 20 verschillende bedrijven uit verschillende sectoren en regio’s.

Beleggen zonder plan

Een goede belegging begint altijd met het bepalen van een strategie. Beleggen zonder plan is als fietsen zonder handen aan het stuur. Het kan een tijd goed gaan, maar je gaat altijd een keer onderuit. Op zo’n moment komen je emoties om de hoek kijken. Wees te allen tijde rationeel als het om beleggen gaat. Beurskoersen maken op korte termijn eenmaal flinke sprongen, zowel naar boven als naar beneden.

Te hoge kosten

De meeste beleggers staan niet stil bij transactiekosten. Nochtans is dit de enige kostenpost die je zelf in de hand hebt. Elke transactie brengt bij aankoop en bij verkoop kosten met zich mee. Hierbij is het onverschillig of je in losse aandelen, in beleggingsfondsen of trackers belegt. Naast transactiekosten heb je ook te maken met vaste kosten zoals bewaarloon en servicekosten. Het lijkt niet veel, maar een extra jaarlijkse kostenpost van 1% kan aardig in de papieren lopen. Over een periode van 30 jaar levert een belegging van €100.000 tegen 8% een kwart miljoen meer rendement op dan tegen 7% (zie grafiek).

Geen verkoopplan

Een bekende beursspreuk zegt dat je winnaars moet laten lopen en verliezers verkopen. Veel beleggers hebben geen strak verkoopplan. Ze verkopen hun aandelen te vroeg omdat ze hun winst zo snel mogelijk willen veiligstellen. En de aandelen die slecht presteren houden ze te lang aan, in de ijdele hoop om de aankoopprijs terug te krijgen. Dat verlies kan tijdelijk zijn, maar kan ook permanent worden. Als een onderneming in slechte papieren zit, kun je beter je verlies nemen.

Doelgericht beleggen

Als je een belegger bent voor de lange termijn, handel daar dan naar. Raak niet van slag van een slechte beursweek en haal niet je aandelenportefeuille in blinde paniek overhoop. De beurs stijgt op termijn vaker dan ze daalt. Zo trekken slechte periodes vanzelf weer recht. Heb je een verkeerde strategie gekozen, dan kan je die altijd wijzigen. Maar blijf doelgericht beleggen, ook als je wilt profiteren van dalende en stijgende beurskoersen op de korte termijn. Als je een duidelijk doel voor ogen hebt, wordt het vasthouden aan een gekozen strategie in turbulente tijden makkelijker.