Koerswijzer-obligaties doen het dit jaar beter dan verwacht
De rente staat al jaren op zeer lage niveaus, en dit tast de tegoeden van spaarders en de uitkeringen van gepensioneerden aan. De oorzaken hiervoor worden vaak gezocht – en gevonden – in het beleid van de Europese Centrale Bank (ECB), die de rentes bewust laag houdt. De verwijten aan het adres van de ECB zijn echter slechts ten dele terecht. Bij de langetermijnrente gaat het namelijk nog steeds met name om de relatie tussen de vraag naar spaargeld (voor investeringen) en het aanbod ervan. De spaartegoeden zijn dermate hoog en de vraag ernaar (relatief) dermate laag dat de evenwichtsprijs op de spaar- of kapitaalmarkt in de loop van de afgelopen decennia flink is gedaald. Doordat de markten voor verschillende termijnen aan elkaar zijn gekoppeld, is de lage kapitaalmarktrente doorgegeven aan de geldmarkt, waarin kortetermijntransacties tot stand komen.
Afhankelijkheid creëren
Hoewel dit betekent dat de ECB vooral de marktontwikkelingen en de rentevorming moet volgen, heeft de aanpassing van de officiële geldmarkttarieven van de centrale bank natuurlijk wel degelijk invloed op de geldmarktrente. Traditioneel weet de ECB de tarieven te dicteren door de banken via haar monetaire beleid afhankelijk te maken van haar liquiditeitenvoorziening. Worden de banken via deze weg gedwongen hogere ECB-tarieven te betalen, dan geven zij die meestal door aan hun klanten. Bij een verlaging werkt dat mechanisme andersom, met renteverlaging tot gevolg. Dat kan dan ook doorwerken in transacties op de kapitaalmarkt.
Opkoopbeleid
Traditioneel heeft de Europese Centrale Bank eigenlijk alleen wezenlijke invloed in de markten voor zeer kortetermijnschuld. Zo heeft de ECB de afgelopen jaren bij het ruime geldmarktbeleid (Quantitative Easing, kortweg QE) wel haar tarieven verlaagd. Ze wilde voorkomen dat er deflatie in de EU zou ontstaan, en ging daarom een beleid voeren dat was gericht op het aanwakkeren van inflatie. Via het opkopen van kwaliteitsobligaties had het QE-beleid uitzonderlijk genoeg de laatste jaren toch ook enige invloed op de tarieven van schuld met langere termijn. Dit opkoopbeleid werd echter vooral gevoerd om meer geld in omloop te brengen.
Lange rente EU omlaag
In de kapitaalmarkt blijven de marktkrachten dominant. Zo zijn onlangs de tarieven van langerjarige staatsschuld in EU-landen weer gedaald. Waren beleggers kort na de verkiezingen voor het Europees Parlement nog optimistisch, even later vluchtten zij door het handelsconflict van de VS met China en andere landen in de tienjaarsobligaties van veilige landen als Duitsland en Nederland. Ook in dat geval waren het dus de marktkrachten van vraag en aanbod die bepaalden. Daar had de ECB weinig mee te maken.
Koerswijzer-obligaties
De lagere rente heeft voor de bedrijfsobligaties uit de Koerswijzer een gunstiger klimaat geschapen dan ik eind 2018 dacht. Des te beter, denk ik dan maar. Het zag er eind vorig jaar slechter uit. Zo was de koers van de Rabobank Certificaten toen 108. Eind mei was dat 117. De koersstijging plus vijf maanden rente (waarvan dus twee maanden ongerealiseerd) zorgden voor een rendement in 2019 van 11,7% (zie de tabel). Dat is netjes.
Ook de andere twee obligaties, ASR 5% en NN Group 4,375%, lieten een koersstijging zien. Hun rendementen waren met 7,2 en 6,3% ook goed.
Verkoopadvies
Anders is dat voor de obligatie van SRLeven 9% van Vivat. Deze obligatie heeft in april 2021 een aflossingsmogelijkheid (first call) op 100. Vivat wordt binnenkort overgenomen door NN Group en Athora, en één van deze partijen zal de lening overnemen. Het ligt in de lijn der verwachting dat deze nieuwe eigenaar van de mogelijkheid gebruik zal maken de lening af te lossen, om vervolgens een nieuwe lening af te sluiten tegen een lagere rente. Ik ben van mening dat dit scenario nu al invloed heeft op de koersvorming. De coupon leverde in 2019 nog een rendement op van 3,8%, maar de koers van de obligatie is dit jaar per saldo niet gestegen. Het te verwachten toekomstig gemiddeld jaarlijks rendement (effectief rendement) van de obligatie tot die call is inmiddels gedaald naar 1,8%. Om die reden haal ik de obligatie als tip uit de Koerswijzer en geef dus een verkoopadvies. De andere obligaties hebben een aanzienlijk hoger effectief rendement en zijn dus te prefereren.
Rendement bedrijfsobligaties over 2019, afgerond (tot en met 31 mei 2019) | ||||||
Naam | ISIN-code | Krediet- status |
koers 1-1-‘19 |
koers 31-5-‘19 |
Jaar- rend. |
Eff. rend. |
Rabo Certificaat 6,5% | XS1002121454 | 107,85 | 117,56 | 11,7% | 5,5% | |
ASR 5%, 30-9-‘49 | XS1115800655 | investment grade | 103,35 | 108,68 | 7,2% | 3,2% |
NN Group 4,375%, 29-6-‘49 | XS1076781589 | investment grade | 100,80 | 105,31 | 6,3% | 3,2% |
SRLeven 9%, 15-4-‘41 | XS0616936372 | high yield | 112,48 | 112,59 | 3,8% | 1,8% |