Opkomende landen beter bereikbaar
Begin juni is het zo ver. Dan krijgt de MSCI Emerging Market Index, waarin de belangrijkste aandelen uit opkomende landen zijn opgenomen, er twee nieuwe leden bij. Voor een ervan, Argentinië, is het een terugkeer na de degradatie tien jaar geleden. Voor de ander, Saoedi-Arabië, is het een debuut. De weging van Argentijnse aandelen in de MSCI Emerging Markets Index zal aan de lage kant zijn, nog geen 0,5%. Maar Saoedi-Arabië wordt een belangrijker lid van deze index. In twee stappen zal de weging van Saoedische aandelen in de MSCI Emerging Markets Index dit jaar op zo’n 2,7% uitkomen. Daarmee komt Saoedi-Arabië in de top-10 van grootste landen in deze index. Iets achter Rusland maar iets voor Mexico.
Niet alleen de aandelenindices van opkomende landen ondergaan dit jaar flinke wijzigingen. Ook obligatie-indices van opkomende landen veranderen. Volgende maand treden delen van de Chinese obligatiemarkt toe tot de Bloomberg Barclays Global Aggregate Index, een veel gevolgde en wereldwijd gespreide obligatie-index.
Lage weging
Dat beleggers via uitbreiding van veel gevolgde indices meer toegang krijgen tot de aandelen en obligaties uit opkomende landen is een logische ontwikkeling. Over de afgelopen veertig jaar is het aandeel van opkomende landen in de wereldeconomie verdubbeld tot zo’n 40% van de wereldeconomie. Dat blijkt uit data uit het Credit Suisse Global Investment Returns Yearbook. Dit is een jaarlijkse publicatie van drie Britse economen van de London Business School in samenwerking met Credit Suisse. Het rapport geeft een overzicht van de rendementen van aandelen en obligaties over een periode van meer dan honderd jaar. De drie economen stellen in de recent gepubliceerde editie de terechte vraag waarom ondanks sterke economische groei de weging van opkomende landen in wereldwijde aandelenindices nog zo laag is. Opkomende landen – inclusief de zogeheten frontier markets, het voorportaal van de index van opkomend landen – hadden in 2007 een weging van 12,4% in de wereldindex. Die weging is de afgelopen jaren nauwelijks veranderd en bedraagt nu zo’n 12,2%. De aanhoudend lage weging is niet het gevolg van ‘promotie’ van verschillende landen naar de index van ontwikkelde landen, zeggen de economen. In de afgelopen tien jaar zijn onder meer Portugal en Israël naar de index van ontwikkelde landen gepromoveerd. Daar staat echter tegenover dat landen als Qatar, de Verenigde Arabische Emeritaten en natuurlijk China in de index van opkomende landen zijn opgenomen.
Spreiding
Een belangrijkere reden waarom de weging van aandelen uit opkomende landen niet is gestegen, is de geringere verhandelbaarheid waardoor indexaanbieder een lagere – of geen – weging aan sommige opkomende landen toekennen. Wat ook een belangrijker rol speelt is dat Amerikaanse aandelen de afgelopen tien jaar zoveel beter hebben gepresteerd dan aandelen uit opkomende landen. Daardoor is de weging van Amerikaanse aandelen in de wereldindex de afgelopen jaren alleen maar toegenomen en die van opkomende landen gelijk gebleven. In vergelijking tot aandelen uit andere ontwikkelde landen presteerden opkomende landen helemaal niet slecht, zo berekende het drietal economen. Zoals ik vorige week al schreef is de weging van Amerikaanse aandelen in de MSCI All Country World Index tot een wel heel forse 53,5% gestegen. Dat is een afspiegeling van enkele uitzonderlijke ontwikkelingen op de Amerikaanse beurs die niet houdbaar lijken. Spreiding naar opkomende landen is dus aan te bevelen. Dat meer aandelen en obligaties uit opkomende landen beschikbaar komen voor beleggers is daarom goed nieuws. Opkomende landen verdienen een grotere plek in de portefeuille van langetermijnbeleggers.