Belegger van de week: Tim van der Vliet

Waarom bent u met beleggen begonnen?

‘Als student economie handelde ik in opties Philips. Daar heb ik bijna 20.000 gulden mee verdiend. Risico nemen is leuk op die leeftijd, het was schaken met echt geld. De liefde voor opties is altijd gebleven. Ik heb mijn studie erop aangepast en ben op mijn 29ste op de optiebeurs gaan werken.’

Waarom bent u nu een actieve belegger?

‘Omdat ik kan rekenen, had ik al snel door dat je beter geld kunt verdienen op de beurs dan in het casino. Ik beleg voor mijn pensioen en voor de kinderen, vooral op langere termijn’

Wat was uw grootste succes?

‘De Philips-opties in mijn studententijd. Daar kon ik zeker drie keer per jaar van op vakantie.’

Wat was uw grootste teleurstelling?

‘De €4500 die ik in World Online heb belegd. De eerste dag ging het aandeel omhoog. Mijn collega die er meer in gestopt had, juichte al dat hij een cabriolet had gekocht van de winst. Uiteindelijk ben ik die €4500 kwijtgeraakt, en mijn collega werd steeds stiller…’

Hoeveel tijd besteedt u aan beleggen?

‘Weinig, want dat werkt het beste als je voor de lange termijn belegt en niet steeds actief handelt. Ik kijk maar weinig naar mijn portefeuille om, want dat leidt alleen maar af. Doorgaans ben ik er vier keer per jaar actief mee bezig. Op mijn werk hou ik me natuurlijk wel dagelijks bezig met vrij technische kortetermijnbeleggingen in de optiehandel.’

Wat is uw beleggingsstijl?

‘Passief, 70% van ons geld zit in bakstenen, in ons huis, dat is altijd de beste investering. 20% zit in aandelen en obligaties en 5 à 10% in risicovollere dingen zoals opties of bitcoins. Ik vraag me altijd af als ik aandelen koop: zou ik dit willen bezitten als de beurs vanaf nu drie jaar gesloten is? Is het antwoord ja, dan koop ik het. Buy & hold, geen Shell en dergelijke, maar Tesla en zonnepanelen. Met 5 à 10% neem ik meer risico, bijvoorbeeld door in hedgefunds te gaan. Dat zijn marktneutrale investeringen, hier maak je winst als je op je aandelen verlies maakt. De kosten zijn iets hoger, maar zo dek ik mijn downside risk af voor mijn aandelen en obligaties. Ik zoek alles zelf uit, zoals de kosten en de performance, ik doe dat niet via een bank. De 1,5% die zij jaarlijks aan mij zouden verdienen, scheelt mij over een periode van dertig jaar veel geld.’

Wat is uw grootste ergernis?

‘Banken die spelletjes spelen. Churning heet dat: je cliënt adviseren te handelen en daarmee commissie en extra kosten verdienen. Ze doen alsof ze in het belang van de klant handelen, maar dat is niet zo. Bovendien weten zij ook niet of de koersen omhoog of omlaag zullen gaan, want dat weet niemand. Al hebben ze achteraf vaak wel hele theorieën waarom bepaalde ontwikkelingen zich op de beurs hebben voorgedaan. Daar komt nog bij dat als het echt lucratief wordt, bij sommige banken de winst verdwijnt in de proprietary desk, op de eigen rekening dus.’

Welke belegger bewondert u het meest?

‘Enerzijds Warren Buffett, als het gaat om aandelen kopen en die drie tot vijf jaar vasthouden. Maar anders dan Buffett geloof ik in impactbeleggen. Buffett zou nooit Tesla kopen, want die maakt nog geen winst. Ik wel, want ik geloof in een hoger doel: je kunt met geld en beleggingen de wereld wat mooier maken. Weg van de fossiele brandstoffen bijvoorbeeld en niet de aandeelhouders van Shell rijker maken maar investeren in zonnepanelen of aandelen Tesla. Bovendien is de kans bij relatief jonge bedrijven veel groter dat ze fors gaan groeien en misschien wel vervijfvoudigen. De bedrijven die de aarde vervuilen zullen daarvoor ooit een keer financieel ter verantwoording geroepen worden en dan komen de claims.’

Wat verwacht u de komende tijd van de beurs?

‘Professioneel denk ik dat de risico’s op de beurs de laatste tijd wat onderschat zijn. We denken dat het alleen maar omhoog kan. Het zal wel blijven bewegen allemaal, maar het kan ook omlaag. Daarom zou ik niet voor 80% in aandelen willen zitten.’

Welke tip heeft u voor andere beleggers?

‘Doe zoveel mogelijk zelf, weet waarin je precies belegt en let op dat je geld niet bijvoorbeeld bij de wapen- of tabaksindus­trie of vervuilers terecht komt. Let ook op de spreiding: beleg niet meer dan 20 of 30% in aandelen en de rest in je huis en je kwaliteit van leven. En zorg voor een kleine spaarrekening.’