Hogere inflatie zet veel in beweging
De groei-indicatoren voor de wereldeconomie blijven sterk. In Duitsland piekt het ondernemersvertrouwen, de groei van de Amerikaanse economie kan in het vierde kwartaal uitkomen op 2,8% en ook Japanse indicatoren zijn robuust.
Financiële markten staan echter voor uitdagingen bij deze positieve groei. Ten eerste liggen de groeiverwachtingen voor de wereldeconomie hoger dan een jaar geleden (3,2 tegenover 2,8%), wat het lastiger maakt om positief verrast te worden. Ten tweede gaat de hogere groei gepaard met toenemende inflatie en stijgende rentes. Als groei en inflatie stijgen, dan wordt het klimaat meer reflatoir en zullen centrale banken eerder geneigd zijn om hun monetaire stimulering af te bouwen. En als de rentestijgingen gepaard gaan met toenemende zorgen over de inflatie, zullen beleggers het einde van expansief beleid steeds meer gaan inprijzen. Aandelenrendementen zullen dan afhankelijker worden van het herstel van de bedrijfswinsten, waardoor een rotatie zou kunnen ontstaan naar meer cyclische sectoren en regio’s
Stijgende obligatierentes
Hogere inflatieverwachtingen raken ook de obligatiemarkten, wat nog eens wordt versterkt door beëindiging van het kwantitatieve verruimingsbeleid. De ECB zal de rente dit jaar onveranderd laten in de eurozone, maar wel het opkoopprogramma halveren van €60 mrd naar €30 mrd per maand om het vervolgens in z’n geheel te beëindigen in september. De Fed is al bezig om de balans af te bouwen. Eind 2018 is de Bank of Japan dan nog de enige centrale bank die actief verruimt.
Het netto resultaat is dat dit jaar de toevloed van liquiditeit naar de markt vertraagt en een jaar later zal krimpen. Beleggers zijn verdeeld over de hoeveelheid opwaartse druk die dit op obligatierentes zal geven, maar moeten hoe dan ook goed letten op tekenen van stress in een met schulden overladen wereld.
Inflatievriendelijke grondstoffen
Met aantrekkende inflatie breken ook betere tijden aan voor grondstoffen. De fundamentals verbeteren in die markten en de waarderingen zijn, anders dan in aandelen- en obligatiemarkten, aantrekkelijk. Maar grondstoffen zijn nog altijd niet echt in de mode, wat wordt gekenmerkt door onderwogen positionering van beleggers. Een aantrekkende dollar was hier tijdens de bearmarkt, die voor grondstoffen in 2016 eindigde, mede debet aan. Met de depreciatie van de Amerikaanse dollar afgelopen jaar lijkt nu een bearmarkt voor de dollar te zijn ingezet, ‘geholpen’ door het groeiende tekort op de Amerikaanse handelsbalans, politiek disfunctioneren en zorgen over de Amerikaanse schuldenlast. Een zwakkere dollar zou dit jaar een positieve factor kunnen zijn op de grondstoffenmarkten.
Voor olie en energie in het algemeen zijn de vooruitzichten al aanzienlijk verbeterd, nu het aanbod in een aantal landen achterblijft bij de vraag. Als gevolg hiervan zouden de voorraden ruwe olie en aardgas moeten dalen, waardoor de belangrijkste risico’s nu opwaarts zijn.
Mocht de wereldwijde euforie over aandelen dit jaar verzwakken, dan zouden de edelmetalen aanzienlijk kunnen profiteren. Wereldwijde aandelenmarkten hebben inmiddels een totale marktkapitalisatie van boven de $80 bln, met waarderingen die wel erg hoog zijn opgelopen. Tegen een achtergrond van toenemende geopolitieke en financiële marktvolatiliteit zouden goud en zilver weer meer op de radar van beleggers kunnen komen. Edelmetalen zouden hen de kans bieden om risico’s te diversifiëren en bescherming te zoeken tegen stijgende inflatie.