Shell schaft keuzedividend af; wat zijn de gevolgen?
Royal Dutch Shell gaat met ingang van het vierde kwartaal alleen nog dividend in contanten uitkeren. In 2015 had de onderneming nog een keuzedividend ingevoerd. De inkomsten stonden toen onder druk vanwege de halvering van de olieprijs in de tweede helft van 2014. Daar komt bij dat het concern middelen wilde vrijmaken voor de overname van BG Group. Dankzij het stockdividend kon Shell de schuldenlast in de hand houden, maar het belang van zittende aandeelhouders verwaterde. Het aantal uitstaande aandelen is tussen 2015 en eind september 2017 toegenomen van 6,4 naar 8,3 miljoen. Het is een goede zaak dat die verwatering stopt.
Vertrouwen in de toekomst
Het eind van het keuzedividend is bovendien een duidelijk signaal dat Shell vertrouwen heeft in de toekomst. Dat wordt onderstreept door het herhalen van de belofte om tot 2020 voor €25 mrd eigen aandelen in te kopen. Hoewel Shell niet immuun is voor de grillen van de olieprijs, oogt het dividendrendement van 5,9% nu beduidend robuuster. In afwachting van aanwijzingen dat het dividend weer kan groeien – zoals structureel hogere energieprijzen of een scherpe operationele verbetering – blijft het houdadvies van kracht.