Uitslag Brexitreferendum wordt langzaam verteerd
De grootste schok in de obligatiemarkt door de Britse referendumuitslag is inmiddels verwerkt. De rente op Duitse tienjaarsstaatsschuld kruipt de laatste dagen weer omhoog naar 0%. Daar moet bij gezegd worden dat er een veiling van de tienjaarsschuld op stapel staat. In de VS leidden twee veilingen in de afgelopen week tot rentestijging. De rente was ook in de VS flink gedaald: van 1,75% op de dag voor het Britse referendum, naar 1,36% afgelopen vrijdag. Beleggers waren ervan overtuigd geraakt dat de Fed haar officiële geldmarkttarieven voorlopig niet zou verhogen, en bovendien was het aantrekkelijker om in de VS te beleggen dan in Europa, waar de rentetarieven nog veel lager zijn.
Voor de veilingen van staatsschuld in de VS was relatief weinig belangstelling. De beleggers moeten nog wennen aan het opnieuw lage renteniveau van na het referendum. De vraag was slechts 2,33x hoger dan het aanbod en dat was de laagste bid-to-cover ratio sinds 2009. Hetzelfde gold voor een veiling van Amerikaanse driejaarsstaatsschuld. De rente op tienjaarsschuld steeg van vrijdag (slot) op dinsdag (slot) van 1,36% naar 1,51%, wat een substantiële toename is.
Niettemin stond de tienjaarsrente zes maanden geleden veel hoger, waar de kortetermijnrente iets lager was. Het gevolg is zichtbaar op de rentetermijncurve (yield curve) die vlakker is gaan lopen in vergelijking met zes maanden geleden (zie grafiek). Dat duidt erop dat beleggers in Amerikaanse staatsschuld hun inflatieverwachtingen hebben verlaagd. Overigens is het voor beleggers zeker ook relevant om naar de reële rente te kijken. Dat is de (nominale) rente minus de inflatie. Die is in de VS met 0,5% nog redelijk hoog. In het VK is die met 0,6% nog iets hoger en in Duitsland met -0,4% negatief.
In het eurogebied wordt in het zuiden de hoogste reële rente verdiend op tienjaarsstaatsschuld, met hogere nominale rentes en lage inflatie. De (nominale) rente op die schuld is na de schok van het referendum weer flink naar beneden gekomen. In Spanje daalde zij van 1,63% (24 juni) naar 1,15% (slot op dinsdag) en in Italië van 1,55% naar 1,20%. Dat is uiteraard een goede zaak voor de twee ETF's in de Koerswijzer die in die Europese staatsschuld overwogen zijn.Lees ook: Hoge instroom high yield bedrijfsobligaties
De grootste schok in de obligatiemarkt door de Britse referendumuitslag is inmiddels verwerkt. De rente op Duitse tienjaarsstaatsschuld kruipt de laatste dagen weer omhoog naar 0%. Daar moet bij gezegd worden dat er een veiling van de tienjaarsschuld op stapel staat. In de VS leidden twee veilingen in de afgelopen week tot rentestijging. De rente was ook in de VS flink gedaald: van 1,75% op de dag voor het Britse referendum, naar 1,36% afgelopen vrijdag. Beleggers waren ervan overtuigd geraakt dat de Fed haar officiële geldmarkttarieven voorlopig niet zou verhogen, en bovendien was het aantrekkelijker om in de VS te beleggen dan in Europa, waar de rentetarieven nog veel lager zijn.
Voor de veilingen van staatsschuld in de VS was relatief weinig belangstelling. De beleggers moeten nog wennen aan het opnieuw lage renteniveau van na het referendum. De vraag was slechts 2,33x hoger dan het aanbod en dat was de laagste bid-to-cover ratio sinds 2009. Hetzelfde gold voor een veiling van Amerikaanse driejaarsstaatsschuld. De rente op tienjaarsschuld steeg van vrijdag (slot) op dinsdag (slot) van 1,36% naar 1,51%, wat een substantiële toename is.
Niettemin stond de tienjaarsrente zes maanden geleden veel hoger, waar de kortetermijnrente iets lager was. Het gevolg is zichtbaar op de rentetermijncurve (yield curve) die vlakker is gaan lopen in vergelijking met zes maanden geleden (zie grafiek). Dat duidt erop dat beleggers in Amerikaanse staatsschuld hun inflatieverwachtingen hebben verlaagd. Overigens is het voor beleggers zeker ook relevant om naar de reële rente te kijken. Dat is de (nominale) rente minus de inflatie. Die is in de VS met 0,5% nog redelijk hoog. In het VK is die met 0,6% nog iets hoger en in Duitsland met -0,4% negatief.
In het eurogebied wordt in het zuiden de hoogste reële rente verdiend op tienjaarsstaatsschuld, met hogere nominale rentes en lage inflatie. De (nominale) rente op die schuld is na de schok van het referendum weer flink naar beneden gekomen. In Spanje daalde zij van 1,63% (24 juni) naar 1,15% (slot op dinsdag) en in Italië van 1,55% naar 1,20%. Dat is uiteraard een goede zaak voor de twee ETF’s in de Koerswijzer die in die Europese staatsschuld overwogen zijn.