Biotechbedrijven azen op inhaalslag
Gilead is op basis van de aantrekkelijke waardering, de gunstige signalen over de hepatitis C-middelen en de mogelijkheid om via overnames de pijplijn uit te bouwen sectorfavoriet. Het aandeel krijgt een koopadvies; het beduidend riskantere Biogen een houdadvies.
De biotechbranche krijgt in het komende cijferseizoen de kans om wat van de oude glorie te herwinnen. De sector was jarenlang de grote beurslieveling. De Nasdaq Biotech Index liep tussen juli 2010 en juli 2015 met bijna 400% op, terwijl de S&P 500 Index in dezelfde periode met minder dan 100% steeg. Door een soepeler keuringsbeleid van toezichthouder FDA en de introductie van een hele reeks nieuwe middelen nam de omzet van veel biotechbedrijven razendsnel toe. Inmiddels is de stroom productintroducties langzaam aan het opdrogen en het ziet ernaar uit dat wijzigingen in het vergoedingsbeleid voor medicijnen de sector voor een nieuwe uitdaging plaatsen. Om te voorkomen dat de kosten voor de gezondheidszorg als gevolg van vergrijzing en oplopende medicijnprijzen te veel uit de hand lopen, verkiezen verzekeraars en gezondheidsorganisaties steeds vaker een goedkoper alternatief als er een exorbitant prijskaartje aan het meest effectieve middel hangt. Hierdoor lopen biotechbedrijven een groeiend gevaar dat ze moeten kiezen tussen prijsverlaging van een topmiddel of een krimpende afzet van dit product.
Gilead Sciences noteert iets lager dan anderhalf jaar geleden, terwijl bij de cijferpresentatie op 28 april waarschijnlijk bekend wordt dat de inkomsten in die periode met ongeveer een kwart zijn gestegen tot iets meer dan $8 mrd
Deze ontwikkeling is een belangrijke verklaring voor het zijwaartse koerspatroon van Gilead Sciences (GILD). Het aandeel noteert iets lager dan anderhalf jaar geleden, terwijl bij de cijferpresentatie op 28 april waarschijnlijk bekend wordt dat de inkomsten in die periode met ongeveer een kwart zijn gestegen tot iets meer dan $8 mrd. Een groot deel van de inkomstengroei is te danken aan de introductie van nieuwe middelen tegen hepatitis C, zoals Sovaldi en Harvoni. Samen nemen deze middelen volgens onderzoeksorganisatie IMS maar liefst 92% van alle nieuw uitgeschreven recepten tegen hepatitis C in de Verenigde Staten voor hun rekening, maar dat percentage lag bij de vorige telling twee procentpunt hoger. Gilead lijkt heel langzaam terrein te verliezen aan Merck, dat in januari met Zepatier een concurrerend middel lanceerde. Zepatier is iets minder effectief dan de medicijnen van Gilead, maar door het 40% lagere prijskaartje kiezen ziektekostenverzekeraars in sommige gevallen toch voor dit alternatief. De opmars van Zepatier verloopt echter veel minder soepel dan veel analisten hadden verwacht. Het ziet ernaar uit dat Gilead in dit kanaal een marktaandeel van 85% tot 90% kan houden. Hierdoor is de winstverwachting voor het lopende kwartaal in de afgelopen weken met 5% opgelopen tot $3,13 per aandeel.
Een andere meevaller voor Gilead is dat eind maart bekend werd dat het geen royalties over de succesvolle hepatitis C-middelen hoeft af te dragen aan Merck. Dit concern had een rechtszaak aangespannen omdat Gilead een patent zou hebben geschonden bij de ontwikkeling van Sovaldi en Harvoni. Op 25 maart gaf de rechter Merck hierin gelijk, maar de schadevergoeding van $200 mln was slechts een fractie van de ruim $2 mrd waar de farmaceut op had ingezet. Op basis van een verwachte winst per aandeel van $12,33 komt de k/w van Gilead op 8 en de belangrijkste factor die nu een koersherstel in de weg staat is het uitblijven van aansprekende nieuwe productintroducties. Het ligt voor de hand dat het bedrijf de forse cashflow en stevige kaspositie gaat aanwenden voor aankopen om de pijplijn aan te vullen. Op dat vlak heeft Gilead een prima staat van dienst. Zo werden de succesvolle hepatitis C-middelen die nu goed zijn voor een miljardenomzet in 2012 binnengehaald bij de aankoop van Pharmasset voor $11,2 mrd.
Biogen
Biogen (BIIB) kampt met andere uitdagingen dan Gilead. De belangrijkste inkomstenbronnen van het bedrijf komen steeds meer onder druk te staan. De verkoop van verschillende middelen tegen multiple sclerose – zoals Avonex, Plegridy en Tysabri – vertegenwoordigt circa 80% van de omzet. Deze inkomsten staan echter onder druk omdat de medicijnen al enkele jaren oud zijn en het afleggen tegen nieuwe producten met een hogere effecitiviteit en minder bijwerkingen. Daar komt bij dat de afzet van Tecfidera – het best verkopende middel in dit segment – onder druk staat. Het middel wordt in verband gebracht met het overlijden van een patiënt aan een zeldzame herseninfectie (PML) die mogelijk veroorzaakt is door Tecfidera. De toekomst van het concern hangt voor een groot deel af van de producten in de pijplijn. In de tweede helft van dit jaar publiceert Biogen de resultaten van een experimenteel middel dat de zenuwschade door MS herstelt. Daarnaast heeft het bedrijf enkele producten in ontwikkeling tegen Alzheimer. Al deze middelen kenmerken zich door een zeer hoog risico.
Het al hoge risicoprofiel van Biogen neemt nog verder toe als het bedrijf daadwerkelijk de producten tegen bloedarmoede in de etalage zet. Deze activiteiten genereren een vrij stabiele inkomstenstroom. Enerzijds schroeft Biogen hiermee de afhankelijkheid van zeer onzekere onderzoeksresultaten op, anderzijds vormt het bedrijf zich mogelijk om tot een meer aantrekkelijke overnameprooi. Een voorwaarde is dan wel dat het aan een potentiële koper kan laten zien dat de afzet van Tecfidera goed op peil blijft. Dat is een belangrijk punt van aandacht in de cijfers over het eerste kwartaal, die Biogen donderdag 21 april naar buiten brengt.
Lees ook: Gilead neemt zorgen niet weg