Schaarste aan veilige havens
Volgens het Internationaal Monetair Fonds (IMF) worden veilige beleggingen steeds schaarser. Sterker, het instituut zegt dat beleggingen die nu nog als veilig worden gezien dat feitelijk niet echt zijn.
Een interessant thema dat het IMF aansnijdt. De schuldencrisis in Europa heeft weer eens duidelijk gemaakt dat een honderd procent veilige belegging niet bestaat.
Wat zegt het IMF?
Het IMF stelt dat door alle onrust in de wereld – strengere regelgeving (voor banken) en de toegenomen vraag door centrale banken (interventie en kwantitatieve verruiming) – de vraag naar veilige beleggingen toeneemt, maar dat door diezelfde crisis het aanbod ervan afneemt.
Het aanbod slinkt omdat bepaalde beleggingen niet meer aan de kwalificatie ‘veilig’ voldoen. Zo wordt perifeer Europees staatspapier niet meer als een ongevaarlijk belegging gezien.
Duits en Amerikaans staatspapier voldoet wel aan de norm van veilig, maar in deze tijden van schuldreductie neemt het aanbod van leningen uit de nog veilig geachte landen per saldo af.
Volgens berekeningen van het IMF zal het aanbod van staatsleningen, wat vraag naar geld van overheden impliceert, tot 2016 met circa €9.000 mrd slinken. Dat getal staat gelijk aan 16% van de verwachte mondiale overheidsschuld.
Instabiliteit
Dat we ons met zijn allen storten op die steeds schaarser wordende veilige staatsobligaties is al langer te zien aan de historisch lage rendementen die hierop te behalen zijn. De Duitse tienjaarsrente bedraagt momenteel slechts 1,77% .
Veilig geachte beleggingen dienen ook als onderpand voor het verkrijgen van nieuwe leningen. Door gebrek aan echt veilige beleggingen zal ook het risico van het onderpand toenemen, waardoor geldverstrekkers hogere rentevergoedingen zullen vragen. Dat is slecht voor de economie.
Het IMF stelt verder dat veel banken die staatspapier van hun eigen land in bezit hebben dit als veilige beleggingen zien, maar waarvan in de praktijk de risico’s zijn opgelopen.
Hervormen
Het instituut grijpt zijn bevindingen aan om overheden en centrale banken achter de broek te zitten om het financiële systeem te hervormen en staatsschulden terug te brengen.
De private sector wordt aangemoedigd veiligere en transparante beleggingen in de markt te zetten om het gat dat overheden achterlaten te dichten. Het aanbod vanuit de private sector neemt echter ook af.
Negatief rendement
Wat verstaan we eigenlijk onder een veilige belegging? We willen graag een hoge mate van zekerheid hebben over onze rente en aflossing.
Daarnaast lijkt het evident dat de rentevergoeding hoog genoeg is om de inflatie en het valutarisico goed te maken. Zo niet dan is er alsnog sprake van koopkrachtverlies. De rente op Amerikaanse, Duitse en Nederlandse leningen is niet meer hoog genoeg voor koopkrachtbehoud. We spreken hier over een negatieve reële rente.
En dan hebben we het nog niet eens over het altijd aanwezige risico op non- en wanbetaling. Overheden zouden altijd aan hun betalingsverplichtingen kunnen voldoen omdat zij belasting kunnen heffen. Van een kale kip valt echter niet te plukken, zo maakte Griekenland duidelijk en zo zijn in het verleden regelmatig landen failliet gegaan.
Risicovrij bestaat niet
Het risicovrije rendement, waar we in de schoolboeken over lezen, bestaat niet meer en heeft eigenlijk ook nooit bestaan.
Tegenwoordig kunnen we beter over ‘rendementsvrij risico’ praten. Of om het nog cryptischer te maken ‘risicovrij negatief rendement’. Bij een Duitse, Amerikaanse of Nederlandse lening is het bij deze rendementen immers zeker dat je er op achteruit gaat.