Dividendknallers uit Zwitserland
Hoewel Zwitserland met Nestlé, Novartis en Roche in de Europese S&P 350 Dividend Aristocrats goed vertegenwoordigd is, speuren de experts van Credit Suisse in hun jongste themarapport naar minder bekende dividendknallers van eigen bodem.
Indexbeheerder Standard and Poor’s houdt sinds december 2007 een lijst bij van Europese bedrijven die stelselmatig hun dividend verhogen. De multinationals die aan hun aandeelhouders in ‘knaken’ tien jaar lang elk jaar weer meer winst uitkeren dan het jaar ervoor worden opgenomen in de S&P 350 Europe Dividend Aristocrats. Op dit moment telt de index 44 aandelen, maar Royal Dutch noch Unilever kwalificeert zich.
Cinq points pour la Suisse
Omdat dividendrendement en dividendhistorie niet alles is, screenen de analisten van Credit Suisse op zes punten, waaronder… jawel het dividendrendement. Als minimumwaarde stellen zij voor het dividendrendement 2,5 procent. Elk aandeel met een dividendrendement van 2,5 procent of meer scoort één punt. Elk bedrijf dat minder dan 60 procent van zijn nettowinst uitkeert als dividend krijgt één punt. Indien het kengetal van de netto schuld en het brutobedrijfsresultaat kleiner is dan 1,5 wordt het aandeel beloond met één punt. Als het rendement op eigen vermogen hoger is dan 12 procent dan wordt dit heugelijke feit beloond met één punt. Indien de huisanalisten van Credit Suisse voorspellen dat het dividend tussen 2014 en 2017 op jaarbasis meer dan 8 procent zal groeien, dan krijgt het aandeel één punt. En tot slot, omdat winstgroei de basis is van gezonde dividendgroei, scoort elk bedrijf waarvan de winst met acht procent of meer toeneemt één punt.
Elk aandeel dat een vijf of een zes scoort, is op zich een koop waard. Slechts twee aandelen gaan lopen met de maximumscore, te weten: uitzendbureau Adecco en farmaceut Novartis. Privaatbank EFG International, sanitairbedrijf Geberit, buizenfabrikant Georg Fischer, aroma- en geurstoffenproducent Givaudan, machinemaker OC Oerlikon en vermogensbeheerder Partners Group.
Het zij opgemerkt dat de eerbiedwaardige dividendaristocraten Nestlé en Roche in de ranking van Credit Suisse niet verder komen dan drie dan wel vier punten. De knelpunten zitten hem bij de verwachte groeivoet van het dividend en de nettowinst, maar dat terzijde.
Vier op een rij
Hoewel de bèta-coëfficiënt geen deel uitmaakt van de officiële selectiecriteria, schuiven de analisten van Credit Suisse onder het motto van minder is meer vier aandelen naar voren die volgens hen omwille van hun defensieve karakter met recht de titel van dividendparel dragen. Het illustere viertal bestaat uit Adecco (Neutral en een koersdoel van 79 CHF), Geberit (Neutral en 330 CHF), Novartis (Outperform en 110 CHF) en Partners Group (Outperform en 265 CHF). @Ivan Snurer
Indexbeheerder Standard and Poor’s houdt sinds december 2007 een lijst bij van Europese bedrijven die stelselmatig hun dividend verhogen. De multinationals die aan hun aandeelhouders in ‘knaken’ tien jaar lang elk jaar weer meer winst uitkeren dan het jaar ervoor worden opgenomen in de S&P 350 Europe Dividend Aristocrats. Op dit moment telt de index 44 aandelen, maar Royal Dutch noch Unilever kwalificeert zich.
Cinq points pour la Suisse
Omdat dividendrendement en dividendhistorie niet alles is, screenen de analisten van Credit Suisse op zes punten, waaronder… jawel het dividendrendement. Als minimumwaarde stellen zij voor het dividendrendement 2,5 procent. Elk aandeel met een dividendrendement van 2,5 procent of meer scoort één punt. Elk bedrijf dat minder dan 60 procent van zijn nettowinst uitkeert als dividend krijgt één punt. Indien het kengetal van de netto schuld en het brutobedrijfsresultaat kleiner is dan 1,5 wordt het aandeel beloond met één punt. Als het rendement op eigen vermogen hoger is dan 12 procent dan wordt dit heugelijke feit beloond met één punt. Indien de huisanalisten van Credit Suisse voorspellen dat het dividend tussen 2014 en 2017 op jaarbasis meer dan 8 procent zal groeien, dan krijgt het aandeel één punt. En tot slot, omdat winstgroei de basis is van gezonde dividendgroei, scoort elk bedrijf waarvan de winst met acht procent of meer toeneemt één punt.
Elk aandeel dat een vijf of een zes scoort, is op zich een koop waard. Slechts twee aandelen gaan lopen met de maximumscore, te weten: uitzendbureau Adecco en farmaceut Novartis. Privaatbank EFG International, sanitairbedrijf Geberit, buizenfabrikant Georg Fischer, aroma- en geurstoffenproducent Givaudan, machinemaker OC Oerlikon en vermogensbeheerder Partners Group.
Het zij opgemerkt dat de eerbiedwaardige dividendaristocraten Nestlé en Roche in de ranking van Credit Suisse niet verder komen dan drie dan wel vier punten. De knelpunten zitten hem bij de verwachte groeivoet van het dividend en de nettowinst, maar dat terzijde.
Vier op een rij
Hoewel de bèta-coëfficiënt geen deel uitmaakt van de officiële selectiecriteria, schuiven de analisten van Credit Suisse onder het motto van minder is meer vier aandelen naar voren die volgens hen omwille van hun defensieve karakter met recht de titel van dividendparel dragen. Het illustere viertal bestaat uit Adecco (Neutral en een koersdoel van 79 CHF), Geberit (Neutral en 330 CHF), Novartis (Outperform en 110 CHF) en Partners Group (Outperform en 265 CHF). @Ivan Snurer
Ivan Snurer
Ivan Snurer (1965) studeerde in Brussel autotechnieken aan de Hogeschool voor Wetenschap en Kunst. Bij Volvo Cars was hij als productingenieur en later als kwaliteitsingenieur nauw betrokken bij de ontwikkeling en de assemblage van de Volvo 400-reeks in Born. Via een omweg in de Europese nucleaire industrie kwam hij medio jaren negentig terecht in de financiële wereld, nadat hij aan Nyenrode Business Universiteit zijn MBA-titel had behaald en zich aan de Erasmus Universiteit Rotterdam had verdiept in quantitative finance. Snurer publiceert sinds eind jaren negentig met enige regelmaat in de Belgische en Nederlandse financiële pers en schrijft sinds 2002 voor Beleggers Belangen. Hij is directeur van Quantalytica, een onafhankelijk adviesbureau dat onderzoek verricht naar de efficiëntie van beleggingsstrategieën en selectiemethodieken.